Pagina:Cramer, HW - Kunstreis dl 1.djvu/333

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen



ITALIË,


PIEMONT of SARDINISCHE STAAT.





Na het dorpje Gondo verlaten te hebben, kregen wij spoedig Isella in het gezigt, waar de Sardinische douanen zich nestelen. Op een' verren afstand ~gen wij ben reeds in bet gelid op de chausfée_ ge. fcbaard. Naderende hieven zij de handen regt kl11ch- tig omboog , in naam der wet den postillon bet halt boüdeQ bevelende. Hierop baalde de brigadier eene ijzeren ·tang , wel vier voeten lang , voor den · dag, en wij moesten, na alvorens, onze paspoo.rten álltvouwd te hebben t die aan de p:unt hechten. or hij op een' afftand .elks jign"/emenl enz. beeft kun- nen lezen. , valt ~e betwijfelen. Ik voor mij, won .er bij". want di~ mijner. reisge- . zellen goedgekeurd zijnde, zoude 'bet .allezins onlar. dig VOO!'.. mij geweest zijn , zoo ik alleen achter bad moeten blijven, alS. van Parfjs komen.de." . WaQt. . v 'b~ 5 .