Adama van Scheltema/De boekweit
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
De boekweit van Carel Steven Adama van Scheltema |
Uit Van zon en zomer |
De donkere grond waar zij staat,
Dringt haar bloedende steel uit de voren, -
Als een bruid glimlacht haar gelaat;
Waar de akker het hemelhoog koren
- Dat diep onder eigen last boog -
Al zijn ruischende goud heeft verloren,
Rijst! rijst met de zon in haar oog,
Rijst uit vlammen en brandende bladen
De bloeiende boekweit omhoog! -
En zoo zijn wij! - kameraden!