Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage/Jaargang 242/Nummer 174/De terugkeer van den Prins

Uit Wikisource
‘De terugkeer van den Prins’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit het Dagblad van Zuid-Holland en ’s-Gravenhage, woensdag 29 juli 1914, Eerste Blad, [p. 1]. Publiek domein.
[ Eerste Blad, 1 ]

De terugkeer van den Prins.

 Uit IJmuiden wordt aan de N. R. Ct. het volgende gemeld:
 „Als een loopend vuurtje was de mare verspreid, dat waarschijnlijk H. M. de Koningin, wellicht nog vergezeld van Prinses Juliana, persoonlijk den Prins alhier zou verwelkomen.
 Inderdaad is de koninklijke trein precies om 5 uur gistermiddag aangekomen. Op het perron waren ter begroeting aanwezig baron Van Geen, particulier secretaris van H. M., en de burgemeester van Velsen, mr. dr. Verloren van Themaat.
 In de gereedstaande auto’s werd naar het semaphore aan den ingang van de haven gereden om de Zeeland te zien binnenkomen, die tusschen 5 en 6 uur verwacht werd. De Koningin en Prinses Juliana, vergezeld van baron Van Geen, vice-admiraal jhr. Roëll, adjudant in buitengewonen dienst, jonkvrouw v. d. Poll, hofdame, en zuster Marting, welke laatsten met den koninklijken trein waren medegekomen, hebben nabij het semaphore in de auto’s ongeveer een uur op de aankomst van de Zeeland gewacht, waar H. M. zich omtrent de omgeving en de in- en uitgaande schepen liet inlichten door den burgemeester.
 Precies te 6 u. 15 stoomde de Zeeland de pieren binnen, om even later het semaphore te passeeren. Toen stapten H. M. en Prinses Juliana uit de auto om een eersten groet te wisselen met den Prins, die aan stuurboordszijde van de Zeeland stond. Van den oorlogsbodem werd het Wilhelmus gespeeld.
 Bij het passeeren van de Zeeland langs het pantserfort werden de gebruikelijke saluutschoten gelost. Nog voor de Zeeland aan den toeristensteiger ligplaats had genomen, waar reeds twee auto’s voor den Prins en zijn adjudant gereed stonden, waren de auto’s met H. M., Prinses Juliana en gevolg van het zeestrand teruggekeerd. Op den aanlegsteiger waren ter begroeting van den Prins aanwezig vice-admiraal Tydeman en diens adjudant, luitenant ter zee Bakker, en de havenmeester van het Noordzeekanaal, de heer De Brueijs Tack. Met het uitzetten van de scheepstrap en het leggen van den looper ging nog eenigen tijd gemoeid.
 Onafgebroken werden de Koningin en Prinses Juliana uitbundig toegejuicht door een dichte menschenmassa.
 De Koningin was gekleed in een licht beige mantelcostuum en witten hoed met veeren en de Prinses droeg een lichtblauw zijden manteltje en witten hoed met bloemenkrans en linten. Herhaaldelijk wuifde ze terug bij de stormachtige toejuichingen en dartel trippelde ze op en van den aanlegsteiger.
 Een hartelijke begroeting had aan boord van de Zeeland plaats tusschen de vorstelijke echtgenooten en Prinses Juliana.
 Na eenigen tijd aan boord van de Zeeland vertoefd te hebben, vertrokken H. M., de Prins en Prinses Juliana te ruim 7 uur per auto van den aanlegsteiger naar het station, waar de koninklijke trein gereed stond voor het onmiddellijk vertrek naar de residentie.