Naar inhoud springen

Leydse Courant/1827/Nummer 13/De Etoile

Uit Wikisource
‘De Etoile deelt eene circulaire mede, hem den 18 Januarij uit Madrid toegezonden, […]’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Leydsche Courant, maandag 29 januari 1827, [p. 2]. Publiek domein.

[ 2 ]— De Etoile deelt eene circulaire mede, hem den 18 Januarij uit Madrid toegezonden, en door het Ministerie van oorlog des Spaanschen Goevernements, aan den Inpecteur Generaal der Koninklijke vrijwilligers, en aan de Kapiteins Generaals der Provincien gerigt, welke dus begint:
„Excellentie, de toestand van onze lange grenzen van Portugal, die onmiddelijk aan het theater raken der ongelukkige burgerlijke tweedragt, die in dat land ontstaan is, na den dood van Joan VI., geëerbiediger en vreedzamer gedachtenis, heeft ernstiglijk de aandacht van den Koning, onzen Heer na zich getrokken. Zijne Maj. vast besloten om zijn Koningrijk te behouden voor alles, hetgeen zijne zekerheid, de waardigheid en onafhankelijkheid van zijn kroon, de fundamentele en wettige orde van zijne monarchie aan eenige poging zoude kunnen blootstellen, of in gevaar brengen, en de Spaansche eer bezoedelen, heeft noodig geoordeeld, de inwendige maatregelen voor te schrijven, het meest geschikt ter bereiking van een zoo gewigtig doel, dat het groote belang uitmaakt van zijne Souvereiniteit in het Gouvernement, hetwelk de Goddelijke Voorzienigheid aan zijne Vaderlijke zorg heeft toevertrouwd.”
Dezelve circulaire deelt vervolgens mede de maatregelen ter verzekering van de grensplaatsen, door eene reserve-armee gerugsteund, enkel nogtans ter verhoeding en uit voorzigtigheid genomen; voorts een gedeelte der instructien van een meer algemeen belang aan de Generaals der grenzen gegeven. Zij brengen, zegt de circulaire, letterlijk mede, dat Z. M. het grootste verlangen heeft, om de betrekkingen van vriendschap te handhaven, die hem aan zijne doorluchtige bondgenooten verbinden, en er de onschendbaarheid van te verzekeren door de geschiktste middelen om het onderlinge vertrouwen te bevestigen, en dat van die middelen het onvermijdelijkste is om de onzijdigheid te betrachten door zich te onthouden van tot eenige vijandelijke daad tegen Portugal mede te werken, zonder zich af te geven met dat land of met Engeland, deszelfs bondgenoot; dat het dulden, dat eenige magt zich gewapend op het Spaansch grondgebied bleve eene handeling zoude zijn tegen gezegde grondbeginselen.
Zijne Maj. bevindt zich, zegt wijders de circulaire, in de smertelijke noodzakelijkheid om een werkzaam en gestreng toezigt voor te schrijven in de grens-provincien, waar gevaarlijke gedachten en mededeelingen zich zoude kunnen verspreiden, en opstand berokkenen; zoo moet in Estramadura en Andalusien de te keergaande werking sterker wezen, om dat zij geplaatst zijn onder den dubbelden invloed der machinatien, welke men zouden kunnen smeden, hetzij in Portugal hetzij in Gibraltar, in diezelfde plaats waar zich onlangs de benden opstandelingen vormden, die zoodra verslagen waren, als zij te Tarifa, te Almeira, te Guadamar geland waren.
Na dit voorafgegane heeft de soort van strekking tot eene zedelijke vijandschap, welke de veranderingen, in Portugal bewerkstelligd, hebben kunnen veroorzaken, aanhoudend en ernstig de aandacht van Z. M. bezig gehouden, om de gevolgen voor te komen, die het bezetten veelligt van eenige punten van Portugal door de Engelsehe arméë, niet genoegzaam zoude beletten kunnen. Z. M. heeft ook in de noodige onkosten voorzien, welke dergelijke beschikkingen vereischen. Zij wil dat men zich dit heilig grondbeginsel te binnen brenge, dat alles moet wijken voor de eer der Monarchie, en aan de pligt om het gevoel der Castiliaansche getrouwheid en trots te behouden; want in alle de bewijzen die wij nog onlangs gegeven hebbende van onzen wederstand aan de verschillende overweldigingen, en revolutionaire pogingen, moest men nog doen zien wat Spanje vermoge, indien, tegen alle hoop, zulk een uitterste noodzakelijk werd, wat het zoude kunnen met. Z. M., aan het hoofd van zijn leger, gerugsteund door een geduldig en volhardend, Godsdienstig en Monarchaal volk, dat al deszelfs grootheid in den militairen roem der laatste tijden verschuldigd is aan de ingevingen, van zijne kinderlijke liefde voor de doorluchtigen persoon van zijnen Souverien en zijne dinastie. En hoe het juist in deze deugden van het Spaansche volk is, Z. M. schept behagen het te verklaren, dat de schaal der legitimiteit thans een magtig steunsel vindt tegen revolutionaire invallen, enz.

(get.) Madrid den 8 Januarij 1827. Zamblano.