Naar inhoud springen

Nieuwsblad van het Noorden/Jaargang 51/Nummer 232/Overzicht

Uit Wikisource
‘Overzicht. De wereld denkt na over de gevolgen van de overeenkomst van München. – Nu de eerste jubel over het behoud van den vrede voorbij is. – De tijd zal leeren, of........’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit het Nieuwsblad van het Noorden, maandag 3 oktober 1938, eerste blad, p. 2. Publiek domein.
[ eerste blad, 2 ]
 

OVERZICHT

DE WERELD DENKT NA OVER DE GEVOLGEN VAN DE OVEREENKOMST VAN MÜNCHEN. — NU DE EERSTE JUBEL OVER HET BEHOUD VAN DEN VREDE VOORBIJ IS. — DE TIJD ZAL LEEREN, OF........

De volken hebben gejubeld over het behoud van den vrede, hebben Chamberlain gehuldigd voor zijn opofferend streven en Daladier en Mussolini voor hun medewerking om op het critieke moment tusschen Londen en Berlijn een brug te slaan. Thans komen de politici weer aan ’t woord teneinde naar hun gezindheid en overtuiging het verdrag van München te belichten en dienovereenkomstig de wereld vertrouwen in de toekomst te schenken of teleurstelling te brengen over de blijdschap en met de wapenen van een onuitbluschbare haat alle vertrouwen opnieuw te ondermijnen. Het zal er dus omgaan wie de sterksten zullen zijn. Met belangstelling zien we er naar uit, hoe in de eerste plaats de parlementen te Londen en Parijs zullen reageeren op het werk des vredes van de premiers. Waarbij vooral niet vergeten moet worden, dat als dit niet gekomen was, het naar alle waarschijnlijkheid heden oorlog in Europa zou zijn geworden.
De toestand in Midden-Europa ontwikkelt zich volgens de vaste lijnen en dat met kalmte. De regeering te Praag is geen keuze overgebleven, nu legt zij zich overal bij neer. De Polen hebben hun eischen reeds ingewilligd gekregen, waarom zouden de Hongaren dan op hun wenschen een weigerend antwoord krijgen! De Tsjecho-Slowaaksche staat schrompelt ineen en wat zal zijn toekomst zijn? Reeds zou te Londen een voorstel overwogen worden, waarbij de mogendheden, met name Groot-Brittannië en Frankrijk, financieele hulp zouden geven aan het verkleinde Tsjecho-Slowakije, waardoor dit land in staat zou worden gesteld zich te herstellen. In TsjechoSlowaaksche kringen te Londen wordt verklaard, dat ten minste een bedrag van 50 millioen pond sterling noodig zal zijn.
Aan de Britsche regeering zal gevraagd worden in overweging te nemen een commissie naar Tsjecho-Slowakije te zenden, al dan niet in samenwerking met andere landen, om dr. Benesj te helpen uit de moeilijkheden waarvoor zijn regeering zich thans geplaatst ziet.
Hoewel zij hun waardeering uiten voor de verwijdering van het dreigende oorlogsgevaar, zijn sommige Londensche bladen toch bezorgd over de gevolgen van de overeenkomst van München. De „Times” schrijft, dat het weekend het land in de gelegenheid heeft gesteld na te denken. Na een zoo overweldigende dankbaarheid kon eenige reactie verwacht worden. De te München gesloten vrede is een vrede, die door de volken opgelegd is. Een fundamenteele waarheid, naar voren gebracht door de moedige politiek van Chamberlain, is, dat zelfs in een totalitairen staat het volk in laatste instantie zijn invloed zal hebben. Intusschen mag er geen stap teruggedaan worden. De politiek van internationale pacificatie moet naar voren geschoven worden. Er moet rust komen niet alleen bij de sterken, maar ook bij de zwakken, ook bij den staat, die een verzwakking heeft toegelaten voor het algemeene welzijn. Tsjecho-Slowakije heeft zich verdienstelijk gemaakt voor de menschheid en de eerste internationale plicht moet zijn, dat de overeengekomen grenzen gegarandeerd worden en dat ook bijstand verleend wordt bij de oplossing der nieuwe problemen, die de regeling voor Praag heeft veroorzaakt.
De „Daily Telegraph” zegt, dat de critiek gedurende het weekeind haar stem heeft verheven. De tijd zal leeren, of Hitler een voorloopige concessie aan het opportunisme heeft gedaan en zijn verstrekkende ambities bewaart voor later, wanneer de tijd gunstiger zal zijn. Een grond voor onbehagelijkheid is het besef, dat Hitler zijn winst heeft kunnen behalen door zijn methode van dreigementen en dat dit ongestraft is gebleven. Het lijkt, dat in de feestvreugde bijna geheel vergeten wordt, dat de Tsjechen de grootste bijdrage tot den vrede geleverd hebben. Als slachtoffers van den vrede, waarin zij niet gekend zijn, hebben zij recht op de warme erkentelijkheid van Engeland en Frankrijk in plaats van op de ijzige stilte, die tot dusverre bestaan heeft. „Intusschen” aldus ’t blad — en dan zien wij den ouden oorlogsgeest weer boven komen, een geest, zoo geheel in strijd met wat Hitler en Chamberlain te München besproken hebben — „moet Engeland zijn weermacht vooral in de lucht, versterken”.
Dit is wel de pijnlijkste Engelsche persstem. Direct de aansporing voor hervatting van den bewapeningswedloop. Dat is natuurlijk ook in den geest van den afgetreden minister voor de admiraliteit Duff Cooper, mannen, die alles hadden willen riskeeren. De Fransche persstemmen zijn gelukkig gematigd, gunstig voor het scheppen van een betere atmosfeer. De brief van Chamberlain aan Daladier aldus de „Petit Parisien” maakt iedere tendentieuze uitlegging van de tweezijdige verklaring van München onmogelijk. De „Oeuvre” zegt, dat niemand ongerust is geweest over het gebaar van Chamberlain zoozeer zijn de Fransche leiders er van overtuigd, dat in de politieke aardrijkskunde Frankrijk en Engeland één en hetzelfde land zijn. Doch er zijn ook wel andere geluiden, zoo schrijft b.v. de „Jour” dat het niet de taak van Frankrijk is het initiatief te nemen voor onderhandelingen met een staat, die, terwijl hij de verzekering van zijn goeden wil gaf, regelmatig een volkomen onbetrouwbaarheid ten aanzen zijner aangegane verplichtingen heeft getoond.
De Duitsche pers brengt algemeen de hoop tot uiting, dat de weg van Versailles naar München Europa naar een nieuwe solidariteit zal leiden. De Berliner Börsenzeitung schrijft: het ijs is gebroken en de zaak van den vrede heeft gezegevierd. De Tsjechische crisis heeft den Franschen staatslieden in staat gesteld, de waarde van hun Midden- en Oost-Europeesche verdragenstelsel opnieuw te taxeeren. De verbindingsschakel tusschen Parijs en Moskou is verdwenen. Het was geen hulp, doch een belasting en een gevaar.
De „Deutsche Allgemeine Zeltung” publiceert een artikel van professor Grimm, waarin deze zegt: wat eeuwen niet hebben kunnen oplossen, wat sedert menschenheugenis als een vloek op Europa rustte, de Duitsch-Fransche tegenstelling, schijnt thans definitief uit de wereld te worden geholpen. Zooals er bij ons geen sprake meer mag zijn van „erfvijanden”, van revanche, zoo zien wij ook aan gene zijde van de grens de slagwoorden ineenstorten, die eeuwen lang tusschen hebben gestaan.