Naar inhoud springen

Pagina:Album der Natuur 1862.djvu/386

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen
364
STUDIËN OVER DEN OLIFANT.

medegesleept, tot afschrik voor het volk. Dit werd, ten hunnen koste, in de Romeinsche amphiteaters, soms ook "vergast"', op hunne ge= vechten tegen gevangenen of slaven. Op Ceylon liet men ze vroeger, meer tot vermaak der vorsten of rijksgrooten, onderling slag leveren. Bij uilkens ziet men een dergelijk olifanten-gevecht afgebeeld, dat in den tijd onzer voormalige O.-Indische compagnie werd bijgewoond, als agent van deze, door den heer c. de kock, die twaalf jaren op dit eiland had doorgebragt. Het geschiedde des nachts, bij maneschijn, in een goed omheind plein, te Kandy. De beide partijen waren vooraf sterk gevoed en werden aangevoerd door mannetjes. Deze vochtten dan ook het meest, zoo door stooten met de slagtanden of meer met den kop, als vooral door omslingering hunner slurven worstelende. Hoezeer van nature niet strijdzuchtig, werden zij soms daartoe aangevuurd door het ingeven van sterke dranken, waarop zij niet weinig belust zijn.

Inzonderheid nam men dit hulpmiddel te baat bij de oorlogs-olifanten van den ouden tijd. De Indiërs lieten hen onvermengden wijn drinken, gekruid met wierook of andere specerijen; ook leest men, dat men hun moerbeziën- of druivensap liet zien om hen bloedgierig te maken (?). Een aantal Romeinsche en Joodsche geschiedschrijvers (verg. bladz. 260) hebben uitvoerige berigten nagelaten omtrent de krijgsolifanten der ouden; ook armandi, wiens werk ik evenwel niet heb kunnen raadplegen, moet daarvan het voornaamste in zijne Histoire militaire des éléphants hebben bijeengebragt. Het is overdreven, dat de Groote Mogollen, die ze in oorlogstijd soms zelve bereden en er in vredestijd steeds eenigen bij hun paleis op wacht lieten trekken, er tot 10,000 van hebben bezeten of er eens, achter den Ganges, 6000 te velde gebragt. Mogelijker is, dat kosroe, Sultan van Mansoura, een aantal van 900 strijdbare olifanten ter zijner beschikking heeft gehad. Zeker is het, dat deze en andere Indische vorsten er soms van 50 tot 200 (zelfs 3 à 400?) in hunne onderlinge of andere oorlogen hebben medegevoerd; althans in sommige veldslagen werden er meer dan eens 30 à 40 stuks gedood of gevangen genomen. De Egyptenaren en de Perzen, onder anderen één der ptolomaei en koning sapor, voerden ze tegen antiochus en andere Romeinsche