Naar inhoud springen

Pagina:De Sonnetten van Shakespeare (vert. Jules Grandgagnage, ca. 2021).pdf/51

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Zo jong is liefde, dat zij het geweten niet kent;
Maar ieder weet toch dat het uit liefde ontstaat?
Welnu, bedriegster, die steeds mijn fout inprent;
Berisp me alleen als je zelf geen zonde begaat.
Omdat je mij verraadt, verraad ik op slag
Mijn edeler deel aan 't grove, vleselijk lijf;
Mijn ziel zegt tot het vlees dat het zich mag
Verliezen in de triomf van het liefdesbedrijf.
Als bij jouw naam het rijst en vergenoegd
Wijst naar zijn prijs, zo richt het vlees zich op,
Voldaan om jou te dienen met zijn gezwoeg,
Steunt hij jouw zaak, met dienstig lijf en kop.
Verwijt me niet dat ik haar 'lief' wil heten,
Voor wie ik sta en val in goed geweten.


Sonnet 152

Mijn liefde voor jou deed mij de leugen beminnen,
Maar jij bedroog tweemaal: je liefde zwerend
In mijn bed, en daarna bij het beginnen
Van nieuwe liefde, die dra tot haat verkeerde.
Die dubbele leugen die ik jou verwijt
Is echter niets, daar 'k zelf twintig maal
Mijn woord verbrak; vooral heb ik nu spijt
Dat niets van wat ik zei jou eerlijk maakt.
'k Zwoer dure eden dat je lief, bemind
En eerlijk was, maar om dat valse licht
Op jou te schijnen, werden mijn ogen blind,
Gedwongen tot een mooi, maar vals gezicht;
Je eerlijk te noemen, was een valse eer,
Al heeft die leugen alleen mezelf gedeerd.


Sonnet 153

Cupido legde zich bij zijn fakkel te slapen,
Het was Diana's dienstmaagd die hem zo vond;
Zij dompelde zijn toorts in het koele water
Van een bron die in de vallei ontsprong.
Het water warmde zich aan het heilige vuur,
En zijn eeuwige, leven brengende hitte;
Dit ziedend bad bracht zieke mannen een kuur
En verlichting voor hun vreemde ziekten.
Maar in haar ogen zag ik opnieuw de vlam
Van Cupido's toorts die heel mijn borst deed blaken;
Verteerd door minnepijn ijlde ik naar het bad,
Maar het kon mijn liefdeskoorts niet langer baten.
Te baden in jouw blik is betere kuur
Als Cupido mij schroeit met liefdesvuur.


Sonnet 154