Pagina:Heimans&Thijsse1907VanVlindersBloemenEnVogels 3rdedition.djvu/126

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

116

onderen in moet kruipen en die hem nopen allerlei acrobatenkunsten uit te voeren.

Hommelpoot met
stuifmeel. Voor- en
achterzijde.

Doch daar hebben we 't nu niet over; 't is ons nu om 't stuifmeel te doen. Kijk, 't zit vast aan het scheengedeelte, stijf er tegen aan geplakt. Lange haren zijn er van weerskanten doorgewerkt en de metatarsus is schuin omhoog gelicht en er tegen aan gedrukt. Op die manier zit het stuifmeelballetje tusschen scheen en metatarsus gekneld evenals een voorwerp, dat ge bij uw amateur-goocheltoeren in de uitgespreide hand weet vast te houden, door 't tusschen muis en palm te knellen. Als ge dat nog nooit gedaan hebt, probeer het dan eens. Ge ondervindt dan ook, dat uw voorwerp uit de hand rolt, zoodra ge de muis maar even terugtrekt.

Zoo ook bij de hommel. Als die zijn metatarsus maar even achterwaarts beweegt zit het stuifmeelklompje een boel losser. Dat is juist het mooie van de zaak: hij moet zooveel stuifmeel, als maar mogelijk is, kunnen meedragen, maar ook weer in den kortst mogelijken tijd zien kwijt te raken, als hij 't eenmaal in 't nest heeft gebracht. Dat doet hij dan door zijn metatarsus achteruit te bewegen, en daarna wrijft hij zijn achterpooten tegen elkaar. Meestal laat het stuifmeel dan al los; alleen tusschen de bindharen blijven nog wat korreltjes zitten, maar dat kamt hij er heel vlug uit met een kam, die onderaan de schenen van de achterpooten zit en die meer dan op eenig ander ding ter wereld lijkt op een gewone menschenkam met grove en fijne tanden.

Om die goed te zien, moeten we weer onze toevlucht tot de loupe nemen, maar dat loont de moeite wel. Meteen