Naar inhoud springen

Pagina:Herodotus, Muzen II (vert. v. Deventer 1893).pdf/211

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

hebben, of vóór dien tijd ziende dat ook de andere Hellenen waren overgegaan, met Xerxes tot een vergelijk gekomen zijn. En zoo ware Hellas beide te land en te water den Perzen in handen gevallen. Want het nut der muren door den Isthmus getrokken kan ik niet inzien, wat dat zijn zou, als de koning de zee beheerschte. Doch nu, als iemand beweerde, dat de Atheners de redders van Hellas geweest zijn, zou hij niet ver van de waarheid wezen. Want naar welke zijde dezen zich wendden, die moest doorslaan. Doch verkiezende, dat Hellas vrij zou blijven, zoo waren zij het, die gansch het overige Hellas, voor zoover het niet Medisch-gezind was, aanspoorden en, na de goden, den koning terugsloegen. Noch konden de vreeselijke orakelspreuken, die uit Delphi kwamen en hen in schrik brachten, hen bewegen Hellas te verlaten, doch zij bleven en waagden het den op hun land aanrukkende af te wachten.

140. Want de Atheners hadden gezanten naar Delphi gezonden, bereid om het orakel te vragen; en toen het gebruiklijke in het heiligdom was verricht, en zij het heiligdom binnentraden en zich zetten, antwoordde de Pythia. Aristonice van naam, het volgende:

O rampzaalgen, wat zit ge ! Vlucht weg naar het einde der aarde,
Huis en verhevene toppen der cirklende veste verlatend.
Nu blijft noch het hoofd, noch de romp aan elkander verbonden,
Noch ook de voet beneden en handen, noch in het midden
Blijft iets, alles verdwijt, want vuur en de toornige Ares
Syrisch-geborene wagen berijdende, stooten ze neder.
Vele ook andere burchten vernielt hij, niet d'uw' alleenig,
Veel der onsterflijken tempels zal hij aan de krachtige vlammen
Geven, die nu nog ergens staan, van angstzweet stroomend,
Schuddend van vrees; daar stroomt van de hoogste toppen der daken
Bloed ter neder en kondt u een onheil niet te verhoeden.
Maar gaat heen uit het Heilig, verzadigt uw hart aan de rampen.