Naar inhoud springen

Pagina:Herodotus, Muzen II (vert. v. Deventer 1893).pdf/242

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

beurtenissen om de volgende schuld gegrepen en gekruisd had: Sandoces, een der koninklijke rechters zijnde, bracht voor geld een onrechtvaardig vonnis uit. Toen hij dan aan het kruis hing, overlegde Darius en bevond dat gene meer goeds dan misdrijven jegens het huis des konings had gedaan; Darius nu bevond dat, en inziende dat hij meer haastig dan wijs had gehandeld, maakte hij genen los. Zoo dan ontsnapt om door koning Darius om te komen, bleef hij in leven, doch toen, als hij tot de Hellenen voer, zou hij niet ten tweede male ontsnappen en behouden blijven. Want toen de Hellenen de barbaren zagen aanvaren en hun misslag begrepen, voeren zij op hen af en namen hen gemakkelijk gevangen.

195. In een dier schepen voer Aridolis en werd genomen, alleenheerscher van Alabandoe in Carië, in een ander Penthylus, zoon van Demonoüs, de bevelhebber der Paphiërs, die twaalf schepen uit Paphus had medegebracht: elf daarvan verloor hij met den storm bij Sepias geschied, en met het ééne overgeblevene voer hij naar Artemisium en werd gevangen. Dezen vroegen de Hellenen uit, wat zij vernemen wilden van Xerxes' leger, en zonden hen geboeid naar den Isthmus van Corinthus.'

196. De vloot dan der barbaren, behalve de vijftien schepen, waarvan naar ik zeide Sandoces bevelhebber was, kwam te Aphetae. Doch Xerxes en het landleger was door Thessalië en Achaea[1] getrokken en reeds sedert drie dagen in het land der Maliërs gerukt. In Thessalië had hij een wedren van paarden gehouden om zijn eigene en de Thessalische ruiterij op de proef te stellen, vernemende, dat deze de beste onder de Hellenen was: en daar nu bleken de Helleensche paarden

  1. n.l. het Phthiotische Achaea. Verg. 185.