gaderden[1], openlijk geld voor zijn hoofd uitgeroepen. In later tijd, want hij kwam naar Anticyra terug, stierf hij door Athenades, een man uit Trachis. Deze Athenades doodde Ephialtes om een andere reden, die ik in mijn latere verhalen zal aangeven[2], doch hij werd door de Lacedaemoniërs niets minder geëerd.
214. Ephialtes dan kwam in later tijd zoo om, doch er wordt een ander verhaal verhaald, dat Onetes, de zoon van Phanagoras uit Carystis en Corydallus uit Anticyra het zijn, die den koning die berichten gaven en de Perzen over het gebergte voerden, doch geenszins geloof ik dat. Want zoowel toch moet men daarop afgaan, dat de Helleensche Pylagoren niet op Onetes en Corydallus een prijs stelden, doch op Ephialtes den Trachiniër, terwijl zij toch het nauwkeurig wisten, als ook weten wij, dat Ephialtes om die reden vluchtte. Onetes wel is waar, hoewel geen Maliër, kon ook het pad kennen, als hij zich veel in het land had opgehouden, doch Ephialtes is het nu eenmaal, die hen langs het pad over het gebergte voerde, en hem noem ik den schuldige.
215. Xerxes nu, daar hem beviel wat Ephialtes beloofde te doen, was zeer verheugd en zond terstond Hydarnes af en die onder Hydarnes' bevel waren: bij het aansteken der toortsen braken zij op uit het kamp. Dat pad nu hadden de Maliërs van het land gevonden, en na de vondst voerden zij de Thessaliers er heen tegen de Phociërs, in den tijd dat de Phociërs de pas met een muur hadden versperd en tegen een aanval be-