rivier naar beneden gebracht. Libye is, naar wij weten, meer rood van grond en wat zandig; Arabië en Syrië zijn rijker aan klei en wat rotsig.
13. Dit ook nog zeiden de priesters mij aangaande dit land als een groot bewijs, dat de rivier, ten tijde van koning Moeris, wanneer hij minstens acht el gestegen was, steeds Egypte beneden Memphis onder water zette. En Moeris was nog niet negenhonderd jaren dood, toen ik dat van de priesters hoorde. En nu, indien de rivier niet minstens zestien of vijftien ellen stijgt, loopt zij niet over het land. En ik geloof, dat de Egyptenaars, die beneden het meer Moeris wonen, zoowel in de andere streken als in het dusgenaamde Delta, indien dat land naar dezelfde verhouding in hoogte toeneemt en gelijkelijk aangroeit, dan zullen de Egyptenaars, daar de Nijl het land niet meer overstroomt, allen verderen tijd hetzelfde ervaren, wat zij nu zelven zeiden, dat de Hellenen eens ondervinden zullen. Want toen zij hoorden, dat het gansche land der Hellenen beregend wordt, maar niet door rivieren bevochtigd gelijk het hunne, zeiden zij dat de Hellenen eenmaal, in hun verwachting bedrogen, grooten honger zouden lijden. Dat woord wil zeggen, dat als de god bij hen niet wil regenen, maar een langdurige droogte zal zenden, dan zullen de Hellenen door honger omkomen; want er is toch voor hen geen andere hulp aan water, dan alleen van Zeus[1].
14. En dit zeggen de Egyptenaars terecht van de Hellenen. Maar welaan, nu zal ik zeggen, hoe het met de Egyptenaars zelf is. Want indien, zooals ik reeds te voren zeide, het land beneden Memphis (want dat is het aangroeiende land) in denzelfden mate als in den ver-
- ↑ d. i. van den hemel.