Naar inhoud springen

Pagina:Herodotus, Muzen I (vert. v.Deventer 1893).pdf/163

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

waar zij offeren, en ontsteken een vuur; dan sprenkelen zij op die plaats wijn over het offerdier en slachten het, den god aanroepend, en na slachting snijden zij den kop af. Het lichaam nu van het dier villen zij; dien kop echter brengen zij weg onder veel verwenschingen, en wel zij die een markt hebben, waarop helleensche kooplieden komen, brengen het naar dien markt en verkoopen het terstond; doch waar geen Hellenen zijn, werpen zij het in de rivier. Zij vloeken over de koppen, aldus sprekende: „indien den offerenden zelf of geheel Egypte een ramp moet gebeuren, moge hij dan op dat hoofd neerkomen." Wat betreft de koppen van de geofferde dieren en de plenging van wijn hebben alle Egyptenaars dezelfde gebruiken bij alle offers, en om dat gebruik zal geen Egyptenaar van den kop van eenig dier proeven.

40. De uitsnijding van de offerdieren[1] en de verbranding geschiedt bij verschillende offers verschillend. Hoe het gaat bij de godheid, die zij voor het grootste houden en voor wie zij ook het grootste feest vieren, dat zal ik nu gaan zeggen.[2] Wanneer zij den stier gevild hebben, dan nemen zij onder gebeden den geheelen maag eruit, doch de ingewanden laten zij in het lichaam en ook het vet; dan snijden zij de pooten af en het bovenste deel van de heupen en de schoften en ook den nek. Daarna vullen zij het overige van het lichaam des stiers met rein brood, honig, rozijnen, vijgen, wierook, myrrhe en andere reukstoffen, en het daarmede opgestopt hebbend, verbranden zij het, terwijl zij rijkelijk olie er op gieten. Vóór de offering hebben zij gevast en bij de verbranding van de offers weeklagen zij allen;

  1. d. i. het wegnemen van de maag enz.
  2. Deze plaats is bedorven. De bedoelde godin is Isis.