5
Den Oversten Predicant oft Ministere van het Hof vanden Hertoch van Sacxen heeft eenen seer stercken boeck gheschreven teghen de Calvinisten, raedende de Luytheranen datse hun souden voegen by de Catholijcken teghen de voorseyde seer boose Calvinisten, als de ghene die den Turck wouden brenghen in Duytslant.
Want men seyt dat den Turck op maeckt twee hondert duysent mannen om den Transsilvaen ende den Pals-Grave te helpen.
Den Marck-Grave van Tourlac (die het Marcgraeff-schap van Baden nu over langhe ingenomen heeft) ende de andere Vorsten, Calvinisten hebben sekere Forten doen maecken by de Stadt van Brisac in Elsaten, om te beletten dat het Chrijs-Volck wt het sticht van Colen, Loreynen ende andere plaetsen voor den Keyser niet en souden comen over den Rijn. Maer wy hopen dat het selve Chrijs-volck, dat wel xvij. oft xviij. duysent mannen sterck is, met gewelt sal over comen.
Wt Weenen 8. April 1620.
Alsoo die Cosaggen hebben vermeestert de plaetse Spits d’welck toebehoorde het Beyersche Clooster, hebbent gheplundert ende inden gront verbrant ende aldaer grooten moetwil bedreven, onse Walloenen dat niet wel en hebben connen verdragen,