–Zurich Zeltweg 53 , 26 Maart 1915
Beste Di,
Ik zend je hlerbij ingesloten een brief van Darna, een antwoord van mij daarop, het vonnis van dagvaarding van Darna, een Bat Nieuwsblad met een laf en onwaardig stukje van den kruiperigen Thomas.
De twee eerste bescheiden moet je me terugsturen, na gemaakt gebruik. Toelichting is wel niet meer noodig. Wees niet bevreesd, Troelstra wederom lastig te vallen. Ga gerust weer naar hem toe, zeg ronduit dat je over je bezwaren hebt moeten heenstappen, hem wederom wederom te plagen, maar dat de belangen van de vrienden in Indie te dringend zijn. Als politicus zal hij dat billijken en Troelstra is altijd politicus. Natuurlijk kunt ge hem den brief van Darna veilig laten lezen.
Je ziet uit het schrijven van mij aan Darna dat ik hem de handelingen, die je mij zond–tegelijk met je briefkaart van 22 Maart ontvangen–heb doorgestuurd. Doe mij daarom een genoegen en zend mij zoo spoedig mogelijk weer een exemplaar toe.
Wat je persoonlijke aangelegenheden betreft, ik zal zien wat ik tegen den tijd van Tinas bevalling doen kan, in finantieel opzicht. Ik heb me wat geld gespaard ten koste van meer arbeid, namelijk door mijn dissertatie zelf te vertalen. Maar ik moet rekenen. Gelukkig dat het haar gezondheid niet ondermijnt, overigens heb ik genoteerd je huisbesognes. Ja, ik wil wel gelooven dat de prijzen stijgen. Dat weten wij hier ook. Van harte alles goeds toegewenscht met je examen.
Wat Mendels interpellatie betreft, ik geloof niet dat hier van een nieuwe affaire sprake is, maar dat wij nog altijd tedoen hebben met de voor een jaar ongeveer (Mei) aangevraagde interpellatie omtrent de zaak van Kakebeeke, welke blijkbaar in de doofpot is gedaan–waarom? omdat Kakebeeke amerikaansch burger is?–welke dan nu uitgebreid kan worden.
Saluut, houd jullie je goed.
semper idem
Douwes Dekker