Pagina:Timm010zeer01 01 (1).pdf/41

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

IX.

De Beeweg.

Symforosa heeft van de meesteresse consent gekregen om den beêweg naar het wonderbeeld van Sint Antonius te doen. Ze ware liever op een Zondag gegaan, maar daar de begijnen 's Zondags het hof niet mogen verlaten dan bij nood, heeft zij het den pastoor niet durven vragen...

Nu zit ze, met nog eenige menschen te bidden vóór het glimlachende beeld waarom heen kaarslicht brandt en vlieren geuren.

Het is koel in de kapel, de poort staat open en laat zon binnen en geur van hagedoorn.

Het is heel stil in de kerk, wijl buiten gesjirp is van musschen; er glimmen zilveren kandelaren en koperen lampen, en een broeder met gebochelden kaalkop rol voor het middenaltaar een Oostersche tapijt open.

Symforosa poogt al hare gedachten op het gebed te houden, zij knijpt de oogen toe, bijt op de lippen, maar telkens als er in den klooster-

 
41