Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/10

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
VI
VOORREDE.

Andere zijn boos; schelden en dreigen den Schrijver, omdat hij, naar hunne gedachten, de waarheid al te naakt ten toon stelt. Ik vraag dezulken, of ik, wanneer ik eene Reize onderneem, en op dezelve Aantekeningen houde, niet alles zóó moet optekenen, als het mij is voorgekomen? – Zoude ik onwaarheid moeten schrijven, of zoude ik de waarheid moeten verdonkeren, omdat zij sommigen aanstootlijk is? – Heeft men iemand door deeze Reize eenige ergernis gegeeven, men heeft dit gewis niet bedoeld, men wilde niemand beledigen; zo echter iemand meent beledigd te zijn, dien vraagt men hier in het openbaar vriendlijk om verschooning. – Ik verzoek, zo de Reiziger ergens in zijne voorige of deeze Reize (wie is onfeilbaar!? –) van de waarheid, het geen ik echter niet geloof, tegen zijn voornemen is afgeweeken, dat men het mij dan onder het oog brenge, doch op eene bescheidene en gepaste wijze, maar geenzints met dreigen en schelden, en men zal alles verbeteren. Heeft de Schrijver leugens verhaald, men overtuige hem van dezelve, en hij zal ze openlijk herroepen. Heeft hij zuivere waarheid geschreeven, men neeme hem dit dan niet kwalijk.

Men duid het den Reiziger ten kwaadsten, dat hij hier en daar Aanmerkingen, aangaande de handewijze der Roomschen omtrent de Hervormden in de Majorij, heeft bijgevoegd; men zegt: zij verraaden te veel bitterheid. – Mag een Reiziger dan geene Aanmerkingen maaken? – Dezelve verraaden, zo men hem wel vat, altoos geene bitterheid. Hij vraagt hier en daar op deeze of dergelijke wijze: Kan zulk een Godsdienst wel de Leer van Jesus zijn? Wat bewijst dit toch? – Als ik eenen Protestant zeer slecht, tegen alle pligten van zijnen Godsdienst zie handelen, en ik hoor iemand dan vraagen: Kan die Godsdienst, dien die Man belijd, wel de waare zijn? dan volgt immers van zelfs: neen! omdat hij aan deszelfs Voorschriften niet getrouw is; derhalven – als men al eens een besluit uit zijn schrijven wil trekken, dan is het dit: de Godsdienst van die luiden, die zoo haatdraagend, vervolgziek en liefdeloos handelen, is zeker de waare Christlijke

Gods-