Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/210

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

(190)

voornaam oogmerk is: om 'er, zoo ſpoedig doenlijk, voordeel van te trekken. – Voor het overige ſtoort men 'er zich weinig aan.

Wanneer zulke Ouderen niet te breed den kost kunnen verdienen, en wat veel kleine Kinderen hebben, zijn zij eerer vrolijk dan bedroefd, wanmeer 'er één of meer ſterven; dit is vooräl toe te ſchrijven aan de bijgeloovige en tot onächtzaamheid en zorgenloosheid aanleiding geevende ſtelling onder hen: "dat de jonge Kinderen, wanneer die, ſlechts gedoopt zijnde, komen te overlijden, regelregt naar den Hemel gaan." – Men wenscht dan ook den Ouderen en Nabeſtaanden geluk met hun Engeltjen in den Hemel. Hier ziet men al weder den ſchadelijken invloed van de Roomſche Religie op de Maatſchappij; want immers verzwakt deeze ſtelling de banden der natuur, en geeft veeltijds aanleiding, zo al niet tot Kindermoord, ten minſten tot vergaande zorgenloosheid en onöplettendheid omtrent dezelve. [Ik vermeet mij niet, om de wettig- of onwettigheid deezer ſtelling te beöordeelen.]

Zoo ongevoelig nu de Ouders omtrent de Kinderen zijn, even zoo onverſchillig zijn deeze weder op hunne beurt omtrent de Ouderen. Eenige jaaren geleeden heb ik hiervan een voorbeeld gezien, dat mij niet alleen met verwondering, maar ook met de uiterſte veröntwaardiging vervulde: Eene Vrouw van ruim zeventig jaaren, bij haaren getrouwden Zoon inwoomende, ſukkelde aan eene benaauwde en pijnlijke Kwaal; zoo dat ik, voorbij het Huis komende, door het

roe-