Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/42

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

(22)

om dezelve bij de eerste gelegenheid weêr op te vatten, doch eerst schrijf ik hier nog onder, dat ik altijd ben geheel de

 Uwe.




VIJFDE BRIEF.

 Mijn Beste S........!

Te Tilburg, het geen outijds, Drieburg, naar drie Burgten of Kasteelen, zou geheeten hebben, heb ik mij weder eenige dagen opgehouden, doch ik heb 'er weinig of niets, dat uwe aandacht waardig is, gehoord of gezien; alleen moet ik U iets verhaalen, het geen al weêr een blijk oplevert van den haat der Roomschen tegen belijders van andere Godsdiensten. – Eéne der Jaarmarkten van dit Dorp viel in dit jaar juist op eenen Zondag; de Regeering liet daaröp eene bekendmaaking in de nieuwspapieren plaatzen, dat die markt daags te vooren, naamlijk op Saturdag, zou gehouden worden; dit geschiede, opdat 'er geene Jooden, wegens hunnen Sabbath, met hunne Koopgoederen zouden komen. – De Jooden lieten daaröp ook eene bekendmaaking plaatzen, dat zij op Maandag daaräan volgende met hunne Waaren te Tilburg markt zouden houden, doch de Regeering verbood den Israëliten, om 'er te verschijnen met eenig Koopmansgoed. – ô! Hoe

haat-