So dat hine swigen hiet
kolom a
13810Daer omme so en liet hiis niet
Doe wert hem thoeft dor slegen
Also wert hi te lande gedregen
Ende begraven met eren groot
Ieroboam die bleef dus doot
13815Ende siin sone zacharias
Wart na hem coninc als ict las
Hier moetict laten van hem
Hort van dien van iherualem
In ieroboams xvii iaer
13820Droech te iherusalem dats waer
Crone die coninc osias
Die xlii iaer coninc was
Hi hilt die wet die moyses screef
Sine viande hi verdreef
13825Entie van amos geslachte
Maecti geldende tsens met crachte
Entie muren van iherusalem
Worden weder gemaect bi hem
Die van israel coninc iohatas
13830Brac als men te voren las
∙I∙ man was hi als wiit horen
Die vele hove wan ende coren
Dus wart hi van goede rike
Iegen gode van hemelrike
13835Verhief hi hem dor sine riichede
Want hi te hogher tiit[1] an dede
Des bisscops gewaden ende hadde vuldacht[2]
Te voldoen des bisscops ambacht
Nochtan doement hem verboot
13840So wert daer ∙i∙ erdbeve groot
∙I∙ berch scorde daer vor die stede
Die des coninx hove verlach[3] mede
Die weghe hi ontvee brac
Om dat laserse onghemac
13845Was hi uten lieden gedaen
Siin sone iohatan heeft ontfaen
Dat gherechte alst recht was
Ende doe doot was daer osias
So groefmenne in davids stat
13850Ioathan wert coninc om dat
Iosefus scriift nochtan daer of
Datmenne groef int coninclike hof
Ende ander nieman noyt dan hem
Die crone droechi in iherusalem
In dien tiden dat was osias
kolom b
Profeteerde eerst ysaias
Daermen hier af scriift mee
Oec profeteerde osee
Die vorseide met groter eren
13860Die verisenesse ons heren
Doe profeteerde oec iohel
Ende hi vorseide oec also wel
Die comst vanden heiligen geest
Die in sinxtendage gesciede meest
13865Ionas die profeteerde doe mede
Van sereptane die goede stede
Der wedewen sone als ict las
Dien verwecte helias
Hier vorseidi lange te voren
13870Datmen iherusalem soude te storen
Indien tiden van osias
Nam inde[4] drike als ic las
Van surien[5] oec aldus
Die coninc sardinapulus
13875Wart verwonnen ter steden
Van arabarces[6] den coninc van meden
Ende berneden selven saen
Arabarces hevet drike ontfaen
Doch hadden die surien daer naer
13880Coningen mar wet vor waer
Niet so mogende als dander waren
Doe god dede dandre vervaren
Also nahum hadde vorsproken
Wart al haer cracht tebroken
13885In osias tiden so was
Coninc silvius porcas
Die xiiii vanden latinen
Van enease ende van lavinen
Die xv wi lesen dus
13890So was silvius armelius[7]
No hort vort so doedi wel
Vanden coninc van israel
In osias xxviii iaer
So drouch crone dats waer
13895In israel als ict las
Ieroboams sone zacharias
Nemmeer dan maende sevene
Om dat hi was van quaden levene
Sellum versloegen dats waer
13900Ende hi wart coninc daer naer
- ↑ hogher tiit: feest, feestdag, hoogdag
- ↑ vuldacht: gedacht ???
- ↑ verlach: van verliggen, blokkeren, in de weg (gaan) liggen.
- ↑ inde: einde
- ↑ surien: zou eigenlijk ‘assirien’ moeten zijn.
- ↑ Arbaces, was een van de 41 generaals van Sardanapalusde koning van Assyrië. Hij was een satraap die samenzwoor tegen en het medische rijk stichtte.
- ↑ silvius armelius: Aremulus Silvius (Hist.Schol. Silvius Aremulus), volgens een al in de vroege oudheid geschreven (maar niet historische) lijst de twaalfde koning van Alba Longa. De lijst van de koningen van Alba Longa wordt door verschillende klassieke auteurs gegeven. In de meest gangbare versie ervan draagt de twaalfde koning de naam allades of allodius Livius geeft echter de naam Romulus, terwijl weer anderen hem aremulus noemen. De laatste vorm treffen we ook aan in Maerlants bron, de Historia Scholastica (ed. Migne). Bijbel: Hist.Schol. Lib.IV Reg. Cap. XVII (Inc.). Waarom in het voorgaande vers van de vijftiende koning gesproken wordt is niet duidelijk, tenzij de copiïst van xii overging naar xv omwille van onduidelijke ii. Romulus Silvius