Artikel 12
De voorzitter van de Hoge Autoriteit bepaalt op welke categorieën van functionarissen de bepalingen van dit hoofdstuk geheel of ten dele van toepassing zijn. Hij onderwerpt een lijst van deze categorieën aan het oordeel van de Raad en brengt deze daarna ter kennis van alle deelnemende Staten. De namen van de functionarissen van elke categorie worden met regelmatige tussenpozen aan de Regeringen van de deelnemende Staten bekend gemaakt.
Artikel 13
De voorrechten, immuniteiten en faciliteiten worden aan de leden van de Hoge Autoriteit en aan de functionarissen van de instellingen uitsluitend in het belang van de Gemeenschap verleend.
De voorzitter van de Hoge Autoriteit is gehouden de aan een functionaris verleende immuniteit op te heffen in alle gevallen, waarin zulks naar zijn mening niet strijdig is met de belangen van de Gemeenschap.
ZESDE HOOFDSTUK
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 14
De Hoge Autoriteit kan met één of meerdere deelnemende Staten aanvullende overeenkomsten sluiten ter nadere regeling van het bepaalde in dit Protocol.