Artikel 40
Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 34, eerste alinea, is het Hof bevoegd op verzoek van de benadeelde partij een geldelijke vergoeding toe te kennen ten laste van de Gemeenschap, in geval schade is ontstaan bij de uitvoering van dit Verdrag door een dienstfout van de Gemeenschap.
Het Hof is eveneens bevoegd schadeloosstelling toe te kennen ten laste van een functionaris van de Gemeenschap, in geval de schade het gevolg is van een persoonlijke fout van deze functionaris in de uitoefening zijner bediening.
Indien de benadeelde partij deze schadeloosstelling niet van de functionaris heeft kunnen verkrijgen, kan het Hof een billijke schadevergoeding toekennen ten laste van de Gemeenschap.
Alle andere geschillen, ontstaan tussen de Gemeenschap en derden, waarop de artikelen van dit Verdrag en de daarop betrekking hebbende uitvoeringsvoorschriften niet van toepassing zijn, worden aan de nationale rechter voorgelegd.
Artikel 41
Alleen het Hof is bevoegd, bij \vege van prejudiciële beslissing, een uitspraak te doen over de geldigheid van besluiten van de Hoge Autoriteit en van de Raad, indien een geschil dat aan een nationale rechter is voorgelegd, deze geldigheid in het geding brengt.
Artikel 42
Het Hof is bevoegd uitspraak te doen krachtens een arbitrageclausule, vervat in een door of namens de Gemeenschap gesloten publiekrechtelijke of privaatrechtelijke overeenkomst.