laatste kan bij eenstemmigheid aan de Hoge Autoriteit het invoeren van een quotastelsel voorschrijven.
2. De Hoge Autoriteit stelt, op grondslag van de in samenwerking met de ondernemingen en de verenigingen van ondernemingen gemaakte studies, de quota op een billijke grondslag vast, daarbij rekening houdend met de beginselen omschreven in de artikelen 2, 3 en 4. Zij kan met name de bezettingsgraad van de ondernemingen regelen door het leggen van daartoe geschikte heffingen op de hoeveelheden, waarmede de productie een bij algemene beschikking vastgesteld peil overschrijdt.
De aldus verkregen bedragen zijn bestemd voor het ondersteunen van die ondernemingen, welker productie gedaald is heneden het voorziene peil, ten einde met name zoveel mogelijk de werkgelegenheid in die ondernemingen te handhaven.
3. Het quotastelsel wordt opgeheven op voorstel van de Hoge Autoriteit na raadpleging van het Raadgevend Comité aan de Raad gedaan, behoudens tegengestelde beslissing bij eenstemmigheid door de Raad genomen, of op voorstel van de Regering van een der deelnemende Staten, behoudens tegengestelde beslissing van de Raad bij eenvoudige meerderheid genomen. De opheffing van het quotastelsel wordt openbaar gemaakt door de zorg van de Hoge Autoriteit.
4. De Hoge Autoriteit kan aan ondernemingen, die haar beschikkingen gegeven ter uitvoering van dit artikel overtreden, booten opleggen tot ten hoogste een bedrag gelijk aan de waarde van de ongeoorloofde productie.
Artikel 59
1. Indien de Hoge Autoriteit na raadpleging van het Raadgevend Comité vaststelt, dat de Gemeenschap verkeert in een periode van ernstige schaarste aan bepaalde of alle aan