Artikel 63
1. Indien de Hoge Autoriteit vaststelt, dat kopers stelselmatig discriminaties toepassen met name op grond van voorschriften, welke gelden voor aankopen door van de overheid afhankelijke instellingen, doet zij de belanghebbende Regeringen de nodige aanbevelingen.
2. Voorzover zij zulks noodzakelijk oordeelt, kan de Hoge Autoriteit beschikken, dat:
- a. de ondernemingen hum verkoopvoorwaarden zodanig moeten vaststellen, dat hun kopers en commissionnairs zich verbinden de voorschriften van de Hoge Autoriteit ter uitvoering van de bepalingen van dit artikel in acht te nemen;
- b. de ondernemingen worden verantwoordelijk gesteld voor inbreuk op de aldus aangegane verplichtingen, door hun directe vertegenwoordigers of door commissionnairs, welke voor rekening van deze ondernemingen handelen.
Zij kan in geval van inbreuk op de aldus aangegane verplichtingen door een koper het recht van de ondernemingen van de Gemeenschap om met deze koper handel te drijven, beperken en wel zodanig, dat in geval van herhaling een tijdelijk verbod tot handel drijven kan worden opgelegd. In dat geval, en onverminderd het bepaalde in artikel 33, staat de koper beroep bij het Hof open.
3. Bovendien is de Hoge Autoriteit bevoegd aan de belanghebbende deelnemende Staten iedere passende aanbeveling te doen, teneinde de naleving van de ter uitvoering van de bepalingen van het eerste lid van artikel 60 gegeven voorschriften te verzekeren door iedere onderneming of instelling, welke zich bezig houdt met de distributie van kolen of staal.