Naar inhoud springen

Pagina:Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.pdf/85

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

de Raad, worden vastgesteld: minimum tarieven, beneden welke de deelnemende Staten zich verbinden hun douanerechten op kolen en staal tegenover derde landen niet te verlagen en maximum tarieven, boven welke zij zich verbinden deze rechten niet te verhogen.

Binnen de grenzen, welke bij een dergelijk besluit zijn vastgesteld, kan iedere Regering haar tarieven bepalen volgens haar nationale wettelijke voorschriften. De Hoge Autoriteit kan op eigen initiatief of op verzoek van een deelnemende Staat een advies geven tot wijziging van de tarieven van de desbetreffende Staat.

Artikel 73

Het beheer over de in- en uitvoervergunningen in de betrekkingen met derde landen berust bij de Regering, op wier grondgebied de plaats van bestemming van de invoer of de plaats van oorsprong van de uitvoer is gelegen.

De Hoge Autoriteit is bevoegd toezicht te houden op het beheer van en de controle op bedoelde vergunningen, voorzover deze betrekking hebben op kolen en staal. Zij doet, voorzover nodig na raadpleging van de Raad, aanbevelingen aan de deelnemende Staten zowel om te vermijden dat de genomen maatregelen verdergaande beperkingen met zich medebrengen dan de toestand, die het instellen of handhaven daarvan rechtvaardigt, nodig maakt, als om een coördinatie van de maatregelen, welke genomen zijn op grond van de derde alinea van artikel 71 en op grond van artikel 74, te verzekeren.

Artikel 74

In de hieronder vermelde gevallen is de Hoge Autoriteit bevoegd alle maatregelen te nemen overeenkomstig dit Verdrag en met name in overeenstemming met de in artikel 3