Verdrag van Lissabon/Deel II/Vijfde deel/Titel VI
← VIJFDE DEEL, TITEL V INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN | DEEL II - VERDRAG BETREFFENDE DE WERKING VAN DE EUROPESE UNIE van Europese Unie
VIJFDE DEEL EXTERN OPTREDEN VAN DE UNIE, TITEL VI BETREKKINGEN VAN DE UNIE MET INTERNATIONALE ORGANISATIES, MET DERDE LANDEN EN DELEGATIES VAN DE UNIE |
VIJFDE DEEL, TITEL VII SOLIDARITEITSCLAUSULE → |
TITEL VI BETREKKINGEN VAN DE UNIE MET INTERNATIONALE ORGANISATIES, MET DERDE LANDEN EN DELEGATIES VAN DE UNIE[bewerken]
Artikel 220
(oude artikelen 302 t/m 304 VEG)
1. De Unie brengt iedere dienstige samenwerking tot stand met de organen en de gespecialiseerde
organisaties van de Verenigde Naties, de Raad van Europa, de Organisatie voor Veiligheid en
Samenwerking in Europa en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling.
De Unie onderhoudt voorts met andere internationale organisaties de betrekkingen die wenselijk
worden geacht.
2. De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid organiseert de coördinatie en de Commissie zijn belast met de uitvoering van het bepaalde in dit artikel.
Artikel 221
1. De Unie wordt in derde landen en bij internationale organisaties vertegenwoordigd door de
delegaties van Unie.
2. De delegaties van de Unie staan onder het gezag van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid. Zij handelen in nauwe samenspraak met de diplomatieke en consulaire missies van de lidstaten.