Naar inhoud springen

Pagina:DeOntwikkelingVanHetSocialisme (Engels 1886).djvu/50

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

46

zoo wijst de verandering der groote produktie- en verkeersinrichtingen in vennootschappen en staatseigendom dat de bourgeoisie voor dat doel gemist kan worden. Alle maatschappelijke funkties van den kapitalist worden nu vervuld door bezoldigde personen. De kapitalist heeft geen wetenschappelijke werkzaamheid meer, behalve het opstrijken van winst, het knippen van coupons en het spelen op de beurs, waar de verschillende kapitalisten elkaar het kapitaal ontfutselen. Heeft de kapitalistische voortbrengingswijze eerst arbeiders verdrongen, nu verdringt zij de kapitalisten en verwijdert hen evenals de arbeiders tot de overtollige bevolking, al is het dan nog niet tot het industrieele reserveleger.

Maar noch de veranderingen in vennootschappen noch de overgang in staatseigendom heft de eigenschap der produktieve krachten als kapitaal op. Bij de vennootschappen ligt dit voor de hand. En de moderne staat is wederom slechts de regeling, die de burgerlijke maatschappij zichzelve geeft om de algemeene uitwendige voorwaarden der kapitalistische produktiewijze in stand te houden tegen aanvallen zoowel van de arbeiders als van de kapitalisten. De moderne staat, wat ook zijn vorm moge zijn, is een wezentlijk kapitalistische machine, een staat der kapitalisten, de groote ideaal-kapitalist. Hoe meer produktieve krachten hij in eigendom neemt, hoe meer hij wordt de werkelijke al-kapitalist, hoe meer staatsburgers hij uitzuigt. De arbeiders blijven loonarbeiders, proletariërs. De verhouding van het kapitaal wordt niet opgeheven, neen zij wordt op de spits gedreven. Maar dan slaat zij over. Het staatseigendom der produktieve krachten is niet de oplossing van de botsing maar het omvat den sleutel tot oplossing.