Dames-Courant van De Gooi- en Eemlander/Jaargang 2/Nummer 2/Waarmee men omgaat

Uit Wikisource
‘Waarmee men omgaat.... Schroeivlekken’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Dames-Courant van De Gooi- en Eemlander, [jrg. 2], nr. 2 (vrijdag 11 januari 1935), p. 4. Publiek domein.
[ 4 ]

WAARMEE MEN OMGAAT....

Schroeivlekken

Strijkijzers zijn gemakkelijke dingen en soms ware redders in den nood. Een verfomfaaide blouse of jurk kunnen ze weer een aanzien geven alsof ze nieuw zijn en als door een onverwachte regenbui ons mantelpakje er onooglijk is komen uit te zien, kunnen de strijkijzers ons helpen deze narigheid weer te niet te doen. Ja werkelijk, strijkijzers kunnen wij niet genoeg waardeeren en wij beminnen ze als onze beste vrienden, behalve.... ach ja, behalve wannneer ze ongewenschte sporen op een mooie blouse, een aardig tennisrokje of een fraai theekleed hebben achtergelaten.
Zooveel mogelijk moeten we schroeivlekken vermijden. Als we iets gaan strijken of persen, strijken en persen we dus maar niet raak, doch we probeeren het ijzer altijd eerst even op een loos lapje, een oud stukje katoen of molton bijvoorbeeld. Is het ijzer zóó heet, dat het gele sporen achterlaat, dan moet het even wat afkoelen tot het oogenblik, dat het alleen zijn plicht doet en anders niet. Het kan echter dan toch nog wel eens gebeuren, dat er een schroeivlek ontstaat, en wanneer dit zoo is, moeten we dadelijk onze maatregelen nemen, want oude schroeivlekken zijn alleen maar uit wit katoen te verwijderen en dan nog heel lastig. Men probeert het in dit geval met bleekwater. Versche vlekken laten zich wegmaken met uiensap, ook uit zijde. Het wegmaken van oude schroeivlekken uit zijde is echter onmogelijk. U merkt het dus, dames: Voorkomen is hier beter dan genezen!