Pagina:Apologie van Pr Willem I van 1580.pdf/287

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
):[ 285 ]:(

Markgrave des heylichs Rijcx, Heere van Vriesland, van Salins, van Mechelen, van der stad, steden ende landen van Utrecht, Overijssel, ende Groeninghen, ende dominateur in Asie ende Africque. Allen den genen die dese tegenwoordige sullen sien, saluyt. Het is allen ende eenen yegelicken kennelick ende openbaer, hoe gunstiglijk dat wijlen hoochloffelicker gedachten de Keyser Kaerle die vijfste des naems onse lieve Heere ende Vader (wiens ziele God genadig sy) ghehandelt ende ghetracteert heeft Wilhelm van Nassau, om den selven te doen komen tot te successie van wijlen Rhené van Chalon Prince van Orangien zijnen neve: Ende in welker voughe zijne Keys. Majesteit den selven daer na van zijner jonkheid af (hoe wel hy vreeemdelinc ende uitheemscher was) gevoordert ende gepromoveert heeft. T'welk by ons naderhant altijd nagevolcht ende ghecontinueert is geweest, hem eerstmael gecreëert hebbende Ridder ende mede-broeder van onser orden van den gulden Vliese, ende daer na ghecommitteert onsen Stadthouder generael over Hollandt, Zeelandt, Utrecht ende Bourgoingnien, ende oock van onsen Rade van Staten, hem doende, voorts vele ende verscheiden eeren ende weldaden, mits welken ende uit saken van eeden van manschap ende trouwigheyt, die hy ons oock ghedaen heeft in 't verheffen van de lenen, steden, lantschappen ende heerlickheden, die hy van ons houdende is in diversche onse landen ende provintien hy grotelicx verbonden, verplicht ende verobligeert was sich te begeven onder onse gehoorsaemheyt, ende tot onsen dienst ende getrouwigheyt,