Pagina:Bosboom-Toussaint, De vrouwen van het Leycestersche tijdvak eerste deel (1886).pdf/339

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

wekking der Christenen, tot leeringe en wederlegginge der twijfelenden, tot bestraffinge der zondaren en tot bekeeringe der ongeloovigen hetgeen al dient gesproken te worden in den geest des gebeds, op zulker wijze, dat de mildheid der liefde geene hindernis zij voor de getrouwheid van den ernst, en de lankmoedigheid van het geduld de kracht der waarheid niet lindere tot flauwe weekelijkheid, opdat het Woord en de dienst des Heeren den rechten toegang vinden tot de harten der menschen, en daar aangenaam gemaakt worden, en de leeraren, niet wondende dan om te heelen, zich betoonen wat ze behooren te zijn: goede en getrouwe uitdeelers der verborgenheden Gods en geestelijke medicijnmeesters, die naar tijd en gelegenheid ieders kwale ondertasten, en daartegen in de vreeze Gods zuivere en gezonde middelen reiken, daarop door ’t geloove de zegen des Heeren te wachten is. Waar uw heilbegeerig harte eene zulke prediking niet vindt, veel meer het tegendeel van die en uw Christelijk gevoel daaraan geërgerd wordt, hebt ge oorzaak tot klagen als Christin, en recht daartoe als lidmate der gemeente; alleen gedenk er aan het te doen op zulke wijze, dat gij zelve niet zondigt tegen de Christelijke liefde, verdenkende en oordeelende intentiën en karakters van de personen der leeraren die, menschen zijnde, uit zwakheid, onverstand, verkeerden ijver of verkeerde zienswijze, zondigen kunnen als gij zelve, zonder daarbij nog boos opzet, wereldsche bedoeling of onheilige begeerten tot prikkelen te hebben. Wie anderen dus hard wil oordeelen, mag wel aanvangen met een streng onderzoek van eigene consciëtien, en zoo zal, hetgeen men dan bevindt, in ’t welgestemd Christen-harte dien ootmoed wekken, die, zoo men altijd denzelfden moed houdt, om ter wille van ’t hoog belang geene kleinere eischen te doen, toch behoedzaam is in de wijze, waarop men de vordering uitspreekt, namelijk in den vorm eener verzuchting voor God, een er zedige vrage ter overweging gesteld