Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/525

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

stond dat te doen. Het schijnt vermetel, wat ik nu zeg, maar de stoutheid komt voort, niet uit ijdele pralerij, maar uit de gewisheid die ik heb, van in het innigst vertrouwen des Prinsen te hebben gedeeld, die zijn vurig afgebeden zoon nooit zou hebben bestemd om een vazal van Frankrijk te worden maar om een vrij man te zijn in zijn eigen vrijgevochten land, en daarin hetzij als staatsdienaar, hetzij als legerhoofd, de eere op te houden van de beide geslachten, waaruit hij gesproten is."

»Dus geene opvoeding in Frankrijk, geen verblijf aan het Fransche hof zelfs, als het ons gebeuren mocht Hendrik IV op den troon te zien?" vroeg Louise, somber en aarzelend.

»Eene opvoeding in Holland, dat moet vaststaan," hernam de Villiers beslist, »en wat een verblijf in Frankrijk betreft, hij moet het vaderland van zijne moeder leeren kennen, maar slechts bij kort, zij het ook herhaald, oponthoud, en geen verblijf aan het Fransche hof, zelfs al wordt onze geliefde Bearnees koning van Frankrijk, tenzij met voorkennis en goedkeuring der Staten. Doch dit alles is van latere zorg; er moet altijd geraadpleegd worden met ’t geen de omstandigheden zullen gebieden of veroorlooven. Ik geef niets aan, dan het beginsel."

»Eene Hollandsche opvoeding," verzuchtte Louise, »en gij weet, beste vriend, hoe de zeden en manieren der Hollandsche en Duitsche heeren mij tegenstaan! Dat drinken, dat vloeken, die ruwe vuistgevesten voor de aardigheid. Maurits is er al ingegroeid, en bij eene hardnekkigheid als de zijne, is daar geen fatsoeneeren meer aan; maar te denken dat mijn eigen zoon, mijn Henri, in diezelfde richting zal opwassen, vervreemd van de Fransche beschaving…"

»Dat volgt niet noodzakelijk uit eene Hollandsche opvoeding onder uw oog, met uwe leiding, maar hangt af van de opvoeders welke gij hem geven zult. En indien wij wat dieper gaan dan de oppervlakte, mevrouwe, is het dan wel gezegd dat bij betere vormen, bij fijner vernis, de Fransche zeden en manieren zooveel reiner en waardiger zijn? Weten wij niet welke bedorvenheid en laaghartigheid er schuilen kan onder uiterlijke hoffelijkheid, en welke gruwelen het blinkende weefsel der verfijning soms weet te bedekken? Behoef ik u dat te herinneren? Gij, die het hof der Valois hebt gezien. Nu ja! deze Hollanders kunnen plomp zijn, houden van ruwe scherts en grove potsen, maar het kwaad