Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/401

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

bij de zijne; maar Ximenès luisterde toe met beleefdheid, en ging zijn eigen weg, omdat hij wist, dat hij zich zelven genoeg was om de belangen van het Koninkrijk te.behartigen, en dat vreemde inzichten, zijn wel doordacht ontwerp kruisende, niets konden brengen dan verwarring en weifeling; en de Staatslieden te Brussel begrepen dat zoo goed, dat ze eindigden met hem gelijk te geven, en iederen aanval op zijn gezag voortaan niets wrocht, dan zijne zegepraal en de bevestiging zelve van dat gezag. Zooras hij het testament van Ferdinand door Karel had bekrachtigd gezien, ging hij uitvoeren, wat hij ontworpen had; zonder ommezien noch terugblik, ieder persoonlijk belang vergetende, en het allereerst zijn eigen, voor het algemeene welzijn; en voor iederen tegenstand had hij een wapen gereed, dat versloeg; voor iedere tegenspraak een machtwoord, dat verpletterde; voor iedere onbescheidene vraag een antwoord, dat verstommen deed. Wat men het allerminst van een geestelijk staatsman zou gewacht hebben, was zijne zorg voor eene vaste en geregelde krijgsmacht, genomen uit den boezem der steden en niet als vroeger afgebedeld van den goeden wil der groote leenmannen. De edelen zagen in dezen maatregel eene groote onafhankelijke macht zich vormen tegenover de hunne, eene eerste verkorting hunner rechten, eene dreigende houding tegen hunne aanmatigingen. En zoo was het. De forsche vertegenwoordiger van het koningschap, die zijne zaak handhaafde met daden, vermeteler dan een Koning ze zou gewaagd hebben, zag in de verkleining van den adel en in de opheffing van het volk, voor dit tijdpunt waarborgen van zijns meesters heerschappij, en toen de adel dit evenzeer begrepen had, en begon te worstelen tegen deze nieuwigheid, en tot de steden toe wist op te ruien voor zijn belang, toonde Ximenès zijne geordende krijgsmacht, zijn welbediend geschut, zijn opgezameld goud, en wie toen niet voorzichtig terugweek, voelde den druk van zijne machtige hand in strenge straf of in smartelijke vernedering. Intusschen voerde hij oorlog in Navarre, waar hij zegevierde; in Afrika, waar hij minder gelukkig was; had een oog te houden op de buitenlandsche belangen van Spanje, die vaak in strijd waren met die van Vlaanderen, en waaraan ze toch ondergeschikt werden gemaakt, en waarin men hem geene