Pagina:DeOntwikkelingVanHetSocialisme (Engels 1905).djvu/14

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen
— 12 —

den 1en Januari nam Robert Owen de leiding over van New Lanark.

In dezen tijd echter was de kapitalistische productiewijze, en met haar de tegenstelling tusschen bourgeoisie en proletariaat, nog zeer onontwikkeld. De grootindustrie, in Engeland ontstaan, was in Frankrijk nog onbekend. Maar eerst de grootindustrie ontwikkelt eenerzijds de botsingen die een omwenteling der productiewijze, een opheffing van haar kapitalistisch karakter, tot dringende noodzakelijkheid maken — botsingen niet slechts van de door haar gekweekte klassen, maar ook van de door haar geschapen productiekrachten en ruilvormen zelve —; en zij ontwikkelt anderzijds in deze zelfde reusachtige productiekrachten ook de middelen om deze botsingen tot oplossing te brengen. Waren dus omstreeks 1800 de uit de nieuwe maatschappelijke orde ontspruitende botsingen eerst in wording, dit geldt nog veel meer van de middelen ter oplossing. Had de bezitlooze menigte van Parijs gedurende het Schrikbewind een oogenblik de heerschappij veroverd en daardoor de burgerlijke revolutie zelfs tegen de burgerklasse kunnen doen zegepralen, daarmede hadden zij slechts bewezen hoe onmogelijk hun heerschappij onder de toenmalige verhouding op den duur was. Het proletariaat, dat juist aanving zich uit deze bezitlooze menigte als kern eener nieuwe klasse aftezonderen, nog geheel ongeschikt tot zelfstandige staatkundige actie, trad op als onderdrukte, lijdende stand, die in zijn onvermogen om zich zelven te helpen, hoogstens van buiten, van boven af te helpen viel.

Deze historische toestand beheerschte ook de stichters van het socialisme. Aan den onrijpen staat der kapitalistische productie, aan den onrijpen klassentoestand beantwoordden onrijpe theorieën. De oplossing der maatschappelijke problemen, die in de onontwikkelde economische toestanden nog verborgen lag, moest uit het hoofd geboren worden. De maatschappij bood slechts misstanden aan; deze te doen verdwijnen was de taak van het denkend verstand. Het kwam er op aan, een nieuw, volkomener stelsel van maatschappelijke orde uit te vinden en dat aan de maatschappij van buiten af, door propaganda, zoo mogelijk door het voorbeeld van proefnemingen, op te leggen. Deze nieuwe sociale stelsels waren reeds van te voren veroordeeld utopieën te zijn; hoe verder zij