Pagina:Grondwet voor het Koningrijk der Nederlanden (1887).pdf/29

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

daarvan verslag doen aan den Koning, zonder wiens goedkeuring daaraan geen gevolg mag worden gegeven.

De wet geeft algemeene regels ten aanzien der plaatselijke belastingen.

Deze belastingen mogen den doorvoer, den uitvoer naar en den invoer uit andere gemeenten niet belemmeren.

148. De gemelde besturen kunnen de belangen van hunne gemeenten en van hare ingezetenen voorstaan bij den Koning, bij de Staten-Generaal en bij de Staten der provincie waartoe zij behooren.



Vijfde Hoofdstuk.

Van de Justitie.

Eerste Afdeeeling.

Algemeene bepalingen.


149. Er wordt alom in het Rijk regt gesproken in naam des Konings.

150. Het burgerlijk en handelsregt, het burgerlijk en militair strafregt, de regtspleging en de inrigting der regterlijke magt worden bij de wet geregeld in algemeene wetboeken, behoudens de bevoegdheid der wetgevende magt om enkele onderwerpen in afzonderlijke wetten te regelen.

151. Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan na voorafgaande verklaring bij de wet dat het algemeen nut de onteigening vordert en tegen vooraf genoten ofvoorafverzekerde schadeloosstelling, een en ander volgens de voorschriften van eene algemeene wet.

Deze algemeene wet bepaalt ook de gevallen in welke de voorafgaande verklaring bij de wet niet wordt vereischt.

Het vereischte, dat de verschuldigde schadeloosstelling vooraf betaald of verzekerd zij, geldt niet, wanneer oorlog, oorlogsgevaar, oproer, brand of watersnood eene onverwijlde inbezitneming vordert.

152. Waar in het algemeen belang eigendom door het openbaar gezag moet worden vernietigd of, hetzij voortdurend, hetzij tijdelijk moet worden onbruikbaar gemaakt, geschiedt dit tegen schadeloosstelling, tenzij de wet het tegendeel bepaalt.