Pagina:Van Alphen, Proeve van kleine gedigten voor kinderen (1779).pdf/230

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen


HET VOGELNESTJEN.

ENE VERTELLING.


Mietje had eens, onder 't wandlen,
Een verholen vogelnestjen
In een doornhaag gevonden.
'k Heb nu, zeize, mijn verlangen:
o Hoe zal ik mij vermaken
Met die lieve kleine diertjes!
Aanstonds ga ik 'thuis wat halen,
Om dit nestjen in te bergen.


Mietje liep en zag haar moeder,
Die zij hijgend dit vertelde:


Lieve Mietje, zei de moeder,
Stoort to nimmer vogelnestjes!
Denk maar eens, hoe de oude vogels
Om dat stooren zouden treuren;
Zoudt gij, Mietje lief, niet schreien,
Als men u, met Piet en Jetje,
Tegen wil en dank vervoerde;
Mietje lief, heb medelijden,