Pagina:Zola - J’accuse…!, paru dans L’Aurore, 13 janvier 1898.djvu/40

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

ieder toekomstig vonnis verdacht is. De eerste krijgsraad is misschien dwaas geweest, de tweede is onvermijdelijk crimineel. Zijn excuus, ik herhaal het, is dat de opperste chef gesproken heeft en de beoordeelde zaak onaantastbaar heeft verklaard, heilig en superieur aan de mens, zodat geen ondergeschikte het tegendeel durft te beweren. Er wordt gesproken van de eer van het leger, men wil dat we het leger liefhebben en respecteren. Ha! zeker, ja, het leger dat opstaat bij de eerst dreiging, dat de Franse bodem verdedigt, het is het volk zelf en daarvoor gevoelen wij alleen liefde en respect. Maar het gaat niet over het leger,