Pagina:Bosboom-Toussaint, De hertog van Alba enz (1885).pdf/170

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

die hem hierin zeker zal hebben vrijgelaten; en dat verklaart ons nog meer dezen zeldzamen man, die menschelijk voelde, zoo vaak het denkbeeld »plicht” hem niet tot onmenschelijkheid opriep; die hoveling was, meer uit trots tegenover de omringenden, dan om hofgunst te winnen van den Vorst; die vader was bij wijlen, en als eenige schokkende omstandigheid zijn vaderhart wakker schudde; die vroom was, als hij de vroomheid vereenigen kon met zijns Konings belangen; maar die alles, wat hij was en zijn kon, al de vermogens van zijn geest, al de warmte van zijn hart, al de krachten van zijn vuist, al de berekeningen van zijn hoofd, alleen had gewijd, om de allertrouwste dienaar te zijn van Filips II, een naam, dien hij zich zelven gegeven heeft, waarvan de Koning en de Nederlanden hem eene fout hebben gemaakt, en die toch zijn rechte titel was, als zijne waarachtige karakterschets, ― om welke te verdienen hij de rust des lichaams noch die der ziel iets heeft geacht; waarvoor hij iedere stem van zijn hart heeft overwonnen, en de kreten van wrok en haat in zijne ziel gesmoord, en waarvoor hij van zich zelven zóóveel bovenmenschelijke zelfbeheersching heeft geëischt, en van anderen zóóveel bloeds ― dat de beklemming der doodsangsten hem tegen den biechtvader Domingo de Granada de klacht afperste: »Zóó sterven zij, die, om hunne vorsten te voldoen, het Christenbloed niet hebben gespaard!” En de bange doodsstrijd, die dat woord ingaf, was als eene boetedoening voor dat harde vonnis, uitgesproken en bijna uitgevoerd over het Huis van Braganza, welks gansche verdelging hij aanried, om de kroon van Portugal aan de Spaansche monarchie te verzekeren.


1842.