Pagina:Bosboom-Toussaint, De hertog van Alba enz (1885).pdf/297

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

Maria wendde het hoofd van hem af; een donkere blos kleurde haar zacht gelaat, toch scheen ze meer ontstemd dan gevleid.

»Ik noemde mijn naam met andere intentie, dan om zulke betuigingen te hooren: sprak ze droef en ernstig. »Vindt gij mij om deze zeer geringe werken der liefde eenig geloof of eenig vertrouwen waardig, zoo betoon het mij door mijn raad te hooren en dien op te volgen; vergeet onder ijdele fantasieën niet de werkelijkheid daarin gij u bevindt; denk op uwe ontkoming en verlaat Dordrecht eer we een uur verder zijn."

»Maar mejonkvrouw! wat raad is dit? zoo iets ware goed, als wij werkelijk Geuzen waren, zooals men ons noemt; schooiers en avonturiers hebben alras den knapzak opgenomen; maar een weleerlijk poorter, maar een man, die in al ’t beslag van een uitgebreiden handel zit — hoe zal die zich zoo op eens stellen tot heengaan en ’t verlaten zijner stad?"

»Een Christen heeft vrijheid het allereerst zijn leven te beveiligen; de Heer zelf heeft het aanbevolen in de Schrift: »die op het dak is ga niet in, om iets uit zijn huis weg te nemen, en die op den akker is keere niet terug om zijn kleed te nemen."

»Wat daar aanbevolen wordt, is hier gansch ondoenlijk. Allerlei wichtige belangen, wier verachteloozing de droevigste verwarringen zoude daarstellen, binden mij hier…"

»Het allerwichtigste dacht me, ware uwe vrijheid en uw leven" hervatte Maria, en hield aan met nog sterker drang van woorden, maar tevergeefs. Hij scheen niet te kunnen gelooven aan de onmiddellijke nabijheid van het gevaar, of liever, omdat hij zich niet wilde losscheuren van alles, waaraan hij zich gehecht voelde, drong hij zich op, dat het gevaar niet bestond, niet voor hem althans in die mate, als het anderen had getroffen. Hij oordeelde: men zou hem straffen in zijn vermogen, en hij wist dat hij veel kon missen, en volgaarne wilde hij veel afstaan ter liefde van zijn geloof; maar vluchten voor een denkbeeldig onheil, en door die vlucht breken met alles wat hem aan ’t leven hechtte, zijne gewoonten, zijne werkzaamheid, zijn gezin… — het was meer dan hij meende te kunnen volbrengen. Hoe! de koopman, die gewoon was met de strengste nauwkeurigheid zijne verbintenissen te houden, die de slaaf was van zijn woord, wiens naam te noemen zoo goed was als het wantrouwen zekerheid te geven, die man zou nu zelf door eene onverklaarbare