Pagina:Bosboom-Toussaint, Het huis Lauernesse (1885).pdf/118

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

en met de blindheid van anderen meer verschooning had! Melanchton is de Hervorming onder hare liefelijkste gestalte; het versierende klimop rondom den stormtrotsenden eik. Hij was het niet, die met Luther’s kracht, met Luther’s moed, met Luther’s noodige scherpheid zich zoude verzet hebben tegen eene wereld. Hij had nooit de held der Hervorming kunnen zijn, zooals die noodig was in die eeuw, maar wel de hulpe van den held en zijn sieraad. Luther alleen kon de Hervorming daarstellen; Melanchton moest haar steunen en richten! Tot innig vertrouwelijken omgang met beiden toegelaten, had Paul’s zacht gemoed zich als van zelf naar den mildsten gevormd. Hij, nog door geenen strijd verbitterd, door geene folterende persoonlijkheden tot bitse tegenweer gedwongen, begreep veel beter de leer der liefde van den jongen Geleerde, dan de scherpe schimpsbreuken van den strengen tuchtmeester! Voor beiden had hij de geestdrift der vereering; alleen staarde hij met diep ontzag en hoog opzien naar den Leeraar Luther, maar hij vleide zich vol innig vertrouwen aan de borst van den jongeling Philip. Zoo ook bracht hij het Ottelijne over, die toeluisterde met al de inspanning eener brandende aandacht. Nadat Paul haar wel vertrouwd had gemaakt met de hoofdpersonen der Duitsche Hervorming, en haar had geplaatst op het punt, van waar zij uitgingen, sloeg hij met haar het Evangelie open. Hij had spoedig opgemerkt, dat zij, bij den tegenzin tegen de Roomsche vormen, te gelijk eenen twijfel had opgevat tegen de waarheden, die ze ten grondslag hadden; dat haar geloof daaronder geleden had, en onzeker en weifelend was geworden: een noodlottig maar natuurlijk gevolg van den sluier, dien men ze had omgehangen en waarmede men hare gestalte, tot onherkenbaarheid toe, had vermomd. Men was toenmaals gewoon geworden in de prediking, het Evangelie en deszelfs Goddelijken hoofdpersoon slechts in gelijken, zoo niet lageren rang gesteld te zien, met de zotste overleveringen en hare ongerijmde helden. Maria, het middel, werd eere toegebracht nevens en boven den Heiligen Zoon, wiens geboorte haar had geëerd; Petrus, den leerling, eene niet mindere macht gegeven dan den alleen machtigen Meester! De ergerlijkste Heiligen-sprookjes werden verkondigd, te gelijk met de wonderdaden van den Christus, die nog daarbij als