Pagina:Bosboom-Toussaint, Het huis Lauernesse (1885).pdf/217

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

waarvoor hij reeds zooveel had opgeofferd en altijd voortgaan wilde op te offeren, totdat hij geen offer meer te brengen zoude hebben. En die onmacht om iets te kunnen doen, tegenover dien vasten wil om iets uit te werken, verbitterde hem nog meer, dan zijn ongeluk zelf. Het deed den forschen, vurigen man wegzinken in eene doffe matheid, die na grensde aan verstomping, eene verstomping, waaruit hij alleen dan oprees, wanneer hij meende het denkbeeld ketterij op de daad te betrappen en het onder het bereik van zijnen arm waande: dát eerst kwam er ziel in den ziellooze, en verhief hij dien arm bliksemsnel en onverzettelijk vast om te grijpen en te verpletteren; maar alleen teleurstelling was de uitkomst — het was een schaduwbeeld, dat hij had vervolgd. In 1520 durfde het Lutheranisme nog niets anders zijn dan een schaduwbeeld, vooral te Dortdrecht, onder eenen Burgemeester als Pieter Damaszoon van der Mijle, en eenen Pensionaris als meester Floris Oem van Wijngaerden, die reeds in 1518 geducht waren en gehaat om hunne strenge vasthoudendheid aan de oude begrippen en hunnen bitsen wederstand tegen de nieuwe. Uit gevoel van overeenstemming en hoogachting had Aernoud zich aan den laatsten aangesloten, niet om, naar den raad zijner moeder, door dezen, Ottelijne’s voormaligen voogd, nog eene poging tot hereeniging met haar te wagen, de Pensionaris zelf achtte het met hem onnoodig, nadat zij zijne eigene scherpe verwijten en hevige bedreigingen en gemoedelijke vermaningen met korte, koele vastheid had durven beantwoorden. Want van Wijngaerden was haar gaan zien, en zij had hem hare hoogachting niet ontzegd, maar slechts de gehoorzaamheid, en zij had op zijne bedreigingen alleen geantwoord, dat hij voor haar Pensionaris van Dortdrecht was en niet anders, en dat zij als Leenvrouw van den Bisschop niemand rekenschap schuldig was dan dezen alleen. Sinds Ottelijne moed had gehad om zoo te spreken tot hem, wist hij, dat iedere verdere poging eene dwaasheid zoude zijn.

Die nauwe gemeenschap met hunnen Pensionaris liet het volk van Dortdrecht geenen twijfel over omtrent de denkwijze van den Grafelijken Hopman, en zonder dat men hem nog bepaald iets wist ten laste te leggen, was hij veroordeeld en ge-