Pagina:Bosboom-Toussaint, Leycester in Nederland eerste deel (1886).pdf/74

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

hij week snel achteruit en reikte haar de hand over de tafel heen, met een:

»De Heere blijve met u!”

»Uw Heer! dat is de duivel, en hij moge met u blijven, valsche Judas!” riep zij hem na, toen hij ging; maar Steven vatte geen vuur op dit woord, hij was te blij, dat hij gaan konde, onder welk vaarwel dan ook.

Toen de deur achter hem was toegevallen, sprak Barbara half luid: »Het is een hard lot, niet zijn echten man tot hulpe te hebben bij zulker occasie en ware ’t niet om de bitterheid van vijands haat ik zou den mijnen hier wenschen!” — en wis ware zij voortgegaan met eene alleenspraak, die ons ophelderingen zou gegeven hebben over haar leven, zoo zij niet was gestoord geworden door den meester van het huis, die binnentrad en haar vroeg: of ze te spreken was voor master Douglas?

»Wel! laat dien binnenkomen,” antwoordde zij met een gevalligen hoofdknik, en daarop zachtkens het voorhoofd streelende van hare beschermelinge: — »Jacoba! mijn kind! ontwaak dan: het is als zat ik met u in de bakermat, en ’t is vrij al lang genoeg voor minne gespeeld…”

Maar nog eer Jacoba onder die zachte liefkoozing tot de bewustheid van zich zelve was gekomen, trad master Douglas binnen en had het voorrecht dat hem niet was toegedacht, de lieve sluimerende te kunnen gadeslaan, zooals ze daar nederlag in kinderlijke onschuld en in engelen-kalmte.

En dit gezicht scheen een snellen en diepen indruk te maken op dien Engelschman; want de onverschillige houding waarmede hij was binnengetreden, veredelde zich plotseling tot die van een ernstigen eerbied, en zelfs dat hij zwijgen bleef getuigde van eene verwarring, waaruit hij zich niet herstelde, dan nadat Barbara met krachtige poging de jonkvrouw geheel had gewekt, en nu oprees, om hem toe te spreken; toen deed hij haar eene vraag in het Engelsch, maar zij schudde het hoofd, ten teeken dat zij niet verstond. Hij verbeet zich de lip, en vroeg toen met eene zekere onrust: »ge verstaat toch het Fransch?”

»Al zoo wel als het Duitsch van deze provinciën,” antwoordde zij in dezelfde taal.

»Wil mij dan zeggen of zij letsel bekomen heeft, ware ’t ook door den schrik?” en hij wees op Jacoba.