Pagina:De Afscheiding van 1834.djvu/367

Uit Wikisource
Deze pagina is niet proefgelezen

AANTEEKENINGEN HOOFDSTUK XV. ¹) Afgedacht nog van 't feit, dat meer dan één predikant De Cock jaren gediend heeft in de classis Oldambt (vgl. Schortinghuis en de vijf nieten), mocht de familie- naam De Cock toch wel als bekend verondersteld worden bij een predikant uit 't Noorden, uit de procedure tegen ds Gerhard Th. de Cock (oudoom van Hendrik de Cock), tegen wien, beroepen te Beetgum (Friesland) bezwaren werden ingebracht op grond van beweerde onrechtzinnigheid, doch wiens beroep door den invloed van den stadhouder Prins Willem V gehandhaafd bleef. 2) Pleitrede in de zaak van Hendrik Petrus Scholte c.s., door Mr A. W. VAN APPELTERE, 1836, blz. 11, 22, 24. 3) Het Zijlvesterhuis was het waterschapshuis van het toenmalige Winsummer- en Schaphalsterzijlvest. Zulk een ,waterschapshuis" had wel niets met de kerk uit te staan, maar had als herberg een goed vergaderlokaal. 4) Boeles a.w. blz. 91 schrijft: ,,L. Meyer Brouwer, naamgenoot en kleinzoon van wijlen den geleerden L. Meyer, eens het sieraad der Vriesche Hoogeschool." 5) Boeles a.w. blz. 91. 6) Mr S. Sybenga a.w. blz. 34. -