Pagina:Grondwet van het Koninkrijk der Nederlanden (1917).pdf/78

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
— 78 —

Art. 127 wordt gelezen :

De leden der Tweede Kamer worden gekozen door hen die op de lijst van kiezers voor deze Kamer zijn gebracht.

Artikel 128 vervalt.

Artikel 129 wordt gelezen :

De gewone tijd ter candidaatstelling voor de verkiezing van de leden der Tweede Kamer is de voorlaatste Dinsdag der maand Mei. Alsdan worden candidaten gesteld ter ver­ vulling van de plaatsen der leden, die met den volgenden derden Dinsdag van September moeten aftreden.

Artikel 130 wordt gelezen :

In geval van ontbinding der Tweede Kamer geschiedt de candidaatstelling voor de ver­kiezing van de leden der nieuwe Kamer binnen veertig dagen na de dagteekening van het besluit tot ontbinding.

Artikel 131 wordt gelezen :

Onze Minister van Binnenlandsche Zaken bepaalt vóór elke verkiezing van de leden der Tweede Kamer den dag waarop de stemming zal geschieden.

De stemming geschiedt in alle kieskringen en in alle stemdistricten op denzelfden dag.

De artikelen 132, 133 en 134 vervallen.

Artikel 135 wordt gelezen :

De benoemde ontvangt onverwijld van den voorzitter van het hoofdstembureau van den kieskring waarin de lijst, waarop hij is gekozen, is ingeleverd, een afschrift van het proces-verbaal der in artikel 93 voorgeschreven zitting van dit bureau en van de processen-verbaal der stemming, en van den voorzitter van het centraal stembureau een afschrift van het proces-verbaal der in artikel 98 voorgeschreven zitting van dit bureau.

In de gevallen voorzien in de artikelen 138, 142 d, 142 e en 144 a, ontvangt de benoemde tevens een afschrift van het proces-verbaal der zitting van het centraal stembureau waaruit zijne benoeming blijkt.

De afschriften strekken den benoemde tot geloofsbrief.

Artikel 136 wordt gelezen :

De benoemde geeft binnen drie dagen na het bekomen van de afschriften bewijs van ont­vangst daarvoor af.