Pagina:Grondwet voor het Koningrijk der Nederlanden (1848).pdf/46

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd

Friesland . . . . . 4
Overijssel. . . . . 5
Groningen . . . . 5
Drenthe . . . . . . 2
Limburg . . . . . . 5

68

De Gedeputeerde Staten kunnen, ten gerieve der kiezers, onder-kiesdistricten en derzelver hoofdplaatsen aanwijzen. Het openen der stembiljetten geschiedt echter alleen in de eveneens door Gedeputeerde Staten aan te wijzen hoofdplaatsen der hoofd-kiesdistricten.

7. De stedelijke en gemeentebesturen zenden binnen 24 uren afschrift der gesloten lijsten, zoo aan het bestuur der hoofdplaats van het hoofd-kiesdistrict, als aan dat der hoofdplaats van het onder-kiesdistrict, waarin hunne gemeenten gelegen zijn.

8. De kiezers-vergaderingen worden, na voorafgaande oproeping der kiezers, gehouden in de hoofdplaatsen der hoofd-kiesdistricten vòòr den 5osten dag na de afkondiging in art. 1 vermeld, behoudens het bepaalde bij het 2de lid van art. 6.

9. Elk kiezer ontvangt, nevens zijn brief van oproeping, twee stembiljetten ter invulling, waarop het zegel van de hoofdplaats van het hoofd- of onder-kiesdistrict staat afgedrukt.

10. Het hoofd van het plaatselijk bestuur, of die hem, volgens de reglementen, vervangt, is voorzitter der vergadering. De twee jongste leden van den stedelijken of gemeenteraad zijn stemopnemers ; beiden teekenen de namen op van elken kiezer die een stembiljet in de bus komt doen.