Pagina:Multatuli - Verspreide stukken - Zesde druk (1879).pdf/124

Uit Wikisource
Deze pagina is gevalideerd
116
Japansche gesprekken.


— Ik heb u reeds gezegd, Kami, dat men hier de pasgeboren kinderen in ’t water gooit. Van uw scherpzinnigheid had ik verwacht dat ge, nu eenmaal in zoo’n deugdzaam land zijnde, niet gelooven zoudt aan vondelingsgestichten die de zeden bederven.

— Wat noem je zeden?

— Zeden zyn monsterbiljetten waarop men de deugden van den dag schildert, de modeplaatjes van ’t hart.

— Wie maken die?

— Dit is ’n geheim, Kami. Maar volgen moet men ze, op-straffe van doortegaan voor tuchteloos, en verkeerd geboren. Hebt ge wel eens iemand gezien die ’n bochel had?

— Heel dikwyls, vooral hier-te-land.

— Welnu, ’n bekwame kleermaker weet zoo’n bochel nagenoeg onzichtbaar te maken met watten en balein. Wie nu ’n bochel heeft in z’n ziel…

— Op z’n ziel, zei de tolk.

— Op z’n ziel, Kami die nauwkeurigheid beoefent in voorzetsels. Wie nu zoo’n gebochelde ziel heeft, abonneert zich op ’t een-of-ander zedenreglement, dat tevens de adressen opgeeft waar de watten en ’t balein te-koop zyn. Er is in dien handel veel konkurrentie.

— Welke watten zyn de beste?

— Dit hangt af van ’t Geloof, Kami.

— Wat is dat?

— Geloof is de vrywillige cellulaire gevangenis van ’t verstand.

Bedoel je hiermee dat de menschen die gelooven, geen verstand hebben.

— Wel neen…dan viel er niets optesluiten. Integendeel, hun verstand komt heel goed voor den dag zoodra er belang in ’t spel is. ’t Is hiermee aldus, Kami. Wanneer ge ’n knecht uitzendt naar den winkel van ’n geldhandelaar, met de boodschap: »kompliment van Kami, en Kami laat vragen om fondsen” dan zal die wisselaar uw knecht terugzenden met ’n verzoek om bewys dat hy werkelyk door U is gezonden. Dit nu is ’n blyk dat