Pagina:Bosboom-Toussaint, De hertog van Alba enz (1885).pdf/57

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

vooruit alles geëffend zijn, voor zijne schreden elke steen der ergernis zijn weggenomen, opdat zijn voet zich niet stoote, zijne vorstelijke oogen zich niet behoeven af te wenden, om de schuld en de schande van deze landen niet te zien. Alle hoogte die zich tegen hem heeft durven verheffen, moet neergeworpen, alle schennis tegen Zijne Majesteit gepleegd uitgewischt zijn in het bloed der schenders, alle gezag wezen in de hand waar het behoort, en die het getrouwelijk zal overgeven in de zijne. Dan eerst kan de Koning komen, maar dan ook zeker zal hij komen om de goeden en getrouwen te beloonen, om vergiffenis te schenken aan berouwvollen, die zulke gunst waardig blijken, en om allereerst Uwe Doorluchtige Hoogheid voor de gansche wereld de eere en de achting te betoonen waarop zij aanspraak heeft, om te bewijzen hoezeer hij Uwe diensten op prijs stelt…”

»Treffelijk gevonden! zoo zal ik hier moeten wachten op de dankbetuiging des Konings tot die gouden eeuw aanlicht — ik zou even goed kunnen wachten op de komst van het duizendjarig rijk. En inmiddels, opdat wij die schoone dagen zullen zien, zal de Hertog van Alba hier zijn wil en werk doen en mij het mijne uit de handen nemen…”

»Mevrouwe!”

»Of kan men het anders noemen… Men maakt U Souverein over het krijgsvolk, Souverein over de Provinciën, Souverein over de steden, wat rest er dan nog voor mij? Ik moet waarlijk zeggen dat ik veel verplichting heb aan mijn broeder! hij laat mij toch iets — ja in trouwe! hij laat mij de kerken en de velden — de kerken waarschijnlijk om te bidden, en de velden om in te wandelen. Welnu Mijnheer, het zij zoo. Ik ben dies getroost, gij kunt hier voortaan doen wat U is opgedragen, de Gouvernante zal U niet meer in den weg zijn. Margaretha van Parma zal het regentschap neerleggen, dat zij negen jaren lang onder de hachelijkste omstandigheden heeft gevoerd, terwijl zij met ontelbare lasten en bezwaren heeft te kampen gehad, geene rust heeft gesmaakt, hare krachten en gezondheid in niets heeft gespaard; ja zelfs haar leven in gevaar heeft gezien, om hier order op de zaken te stellen; en nu dat alles tot een goed einde is gebracht, nu is dit mijn loon dat ik terzijgezet worde voor een onderdaan, en dat aan dezen meer gezags wordt toegekend, dan ooit Vorst of Vorstinne heeft bezeten. Maar dit zegge ik U Mijnheer, ik wil niet