Pagina:Bosboom-Toussaint, De hertog van Alba enz (1885).pdf/71

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

over de ongedachte uitkomst. Wat hun nauwelijks geloofelijk scheen was geschied: — zij hadden den Spanjaard verjaagd! Het eerste gevolg van hun kloek besluit was eene uitkomst alszij zich niet hadden durven voorstellen. Nu ook was de goede keuze voor vast gedaan, de tweedracht bijgelegd, en eenparig sloeg men nu de handen aan ’t werk om met de eerste winst voordeel te doen en zich te versterken en toe te rusten om een nieuwen aanval te kunnen doorstaan. Want al was men de Spanjaards kwijt voor ’t oogenblik, het was niet te denken dat zij voor goed van de onderneming zouden afzien. Maar hoe dat ook ware, men had nu toch respijt, en men zou thans de verzekering der stad niet slappelijk behartigen. Sonoy, door den Prins daartoe gemachtigd, schreef aan de Westfriesche steden die de zijde van Oranje hadden gekozen, dat zij het mogelijke moesten doen om Alkmaar, waaraan allen zooveel gelegen was, van mout, koren en buskruit te voorzien, en hoewel er juist niet op de gulheid en gewilligheid der zustersteden viel te roemen, kwam er toch eenige provisie binnen, en spande de stad zelve alles in om niet door honger en gebrek gedwongen te worden zich te ontijde over te geven.

Voor hare toebereiding werd haar langer tijd gegund dan zij had durven wachten. Don Frederik, die gemeend had de kleine stad als in ’t voorbijgaan en meer door den schrik van zijn naam dan door ’t geweld zijner wapenen te kunnen nemen, zich dus teleurgesteld ziende, was veel te voorzichtig veldheer, om opnieuw iets tegen haar te beginnen zonder duchtige maatregelen genomen te hebben om die onderneming tot een goed eind te brengen. Ook werd hij door muiterij onder zijne soldaten, door geldgebrek, door allerlei tegenspoed, door eigen lichaamslijden daarenboven, opgehouden tot in ’t laatst van Augustus. Maar nu ook had hij de handen ruim en kon hij zijne beste krachten aanwenden tegen het arme Alkmaar. Op den 21sten dier maand ving hij aan met het beleg. In dichte drommen trokken zijne legerscharen tegen de stad op en bezetten haar in den vollen zin des woords van achteren en van voren, zoodat hij zelf er met welgevallen van getuigde dat er geen spreeuw meer door kon. — Daar was Spaansche overdrijving in dit getuigenis, want voor pluimgedierte is er nog altijd vrije aftocht door de lucht maar zeker was het dat geen toevoer van buiten de stad meer