Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/387

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

zijn, om de harde waarheid te hooren, en ik zal daar zijn, om ze hem te helpen dragen."

»Ge spreekt nu in de onderstelling dat alles zal afloopen, zooals gij het voorschrijft, maar… het zou anders konnen uitvallen, wat dan te doen?"

»Ik wenschte zoo mogelijk alle uitersten, alle opzien te mijden om bepaalde redenen," sprak de Gouverneur met zekere aarzeling, »het zou me daarbij heftiglijk tegen de borst stuiten, het meiske, zelfs al is ze mij ontrouw geworden, door dreiging arf te persen, wat alleen waarde heeft als vrijwillig offer, ik wenschte allerminst uit te voeren, waartoe men mij heeft gemachtigd…"

»’t Is, dunkt me, hier niet de vraag van ’t geen u welgevallig is, maar van ’t geen noodig kan zijn; is het door dreiging of geweld te bewerken, dan zie ik niet waarom…"

»Neen, o neen! dan is er nog een ander middel, dat althans van oogenblikkelijke hulp kan zijn… verwijdering."

»Waarop dacht ik ook, maar waarheen? Het verlof om naar Culemborg te trekken hebben wij nog niet konnen verkrijgen, en het zou ook eerst invallen met Juli… Wat dunkt u van een verblijf te ’s Hage?"

»Seigneur Dieu! Mijnheer laat ons daarvoor zorgen dat Floris nu niet in ’t hoofd krijgt naar ’s Hage te trekken… de Gravin is dáár!"

»De Gravin! Lieve Hemel! dan zal ze ook wel naar Leiden komen."

»Neen! daar wordt voor gezorgd"zeide de la Rivière met vastheid. »Ik heb ook eene samenkomst gehad met de Gravin ten huize van Mijnheer Losen. Hare Genade was om vele redenen samen zeer tegen mij ontstemd, maar het gelukte mij toch… de Heeren Barneveld en Losen helpende, haar van hare plannen te doen afzien."

»Welke plannen mijnheer?!

»Ze zijn me niet vertrouwd om ze mede te deelen; ik zeg u dat zij er van afgezien heeft, en ik heb hope dat haar verblijf te ’s Hage zeer kort zal zijn; maar ik zal u niet verder behoeven aan te wijzen wat het zijn zou, indien Floris in dit kritiek moment met zijne moeder samentrof."

»De Gravin zou in staat wezen zijne minne-dolheid voet te geven om hem op hare zijde te houden en met een zoet lijntje naar Kinzweiler te lokken.."