Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/471

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

schuchterheid, die uit den toon en geheel de houding van den flinken jongeling sprak, die er overigens met zijne helder blauwe oogen en open gelaat niet uitzag of hij in den regel aan beschroomdheid leed.

»Het zou mij zoowel een eer als een genoegen zijn geweest," ging de Villiers met Fransche wellevendheid voort, »zoo mijnheer uw vader zich de moeite had gegeven mij in dit gure weer te komen zien; maar sinds dat niet zijn kon, zijt gij alleen mij niet minder welkom, geloof dat…"

»Bij de familie van Baersse was alles heel wel," hervatte Charles. »Vrouwe van Baersse laat haar vader zeer hartelijk groeten, en juffer Suzanne…" de jonkman kleurde sterk, en scheen verlegen hoe hij den aangevangen volzin zou eindigen.

De Villiers werd opmerkzaam.

»Welnu! wat er met mijne jongste dochter?" vroeg hij, den arendsblik uitvorschend op den jonkman richtend, »gij hebt mij toch geen kwade tijding van haar te brengen?"

»Integendeel, mijnheer…"

»Dus eene goede?" vroeg de Villiers, glimlachend over de zonderlinge aarzeling van den spreker.

»Ik durf niet verzekeren dat u het daarvoor houden zult; ik wilde u alleen mededeelen dat er gisteravond een jongelui-partijtje heeft plaats gevonden ten huize van uw heer schoonzoon, en dat… juffer Suzanne mij een briefje heeft meegegeven voor hare moeder."

»Aha! mijne Suzette heeft u voor haar briefdrager gekozen," schertste de Villiers; »welnu, gij zult gelegenheid hebben u van die taak te kwijten; ga gij zelf mijne vrouw boodschappen dat gij blijft eten."

»Wees gedankt voor de noodiging, mijnheer, maar tot mijn leedwezen kan ik die niet aannemen; ik ben te paard gekomen, en…"

»Dat is geen beletsel, wij hebben hier plaats op stal voor vrij wat meer viervoeten dan mijne middelen gedoogen er op na te houden."

»Wat dat betreft, dat zou het minste zijn… maar ik… wenschte u alleen even te spreken om… afscheid te nemen," voegde hij er weer wat verlegen bij, daar de Villiers hem eenigszins vragend aanzag, »en daarop naar Middelburg terugkeeren;