Pagina:Bosboom-Toussaint, Een Leidsch student in 1593 enz (1888).pdf/534

Uit Wikisource
Deze pagina is proefgelezen

randing is tegen mijn persoon door een bandelooze troep krijgsvolk, ben ik bereid uw geleide aan te nemen."

»O! mijnheer de Villiers, hoezeer voele ik mij verlicht, dat gij dus vrijwillig met mij mee wilt gaan!" riep Sir Henry verheugd.

»Maar is het noodig, dat wij blijven voortgaan zoo van nabij omstuwd door uwe lieden," hernam de Villiers, »nu gij weet, dat ik weerloos ben?" Hij weerloos! en Sir Henry voelde nòg den blik die hem overwonnen had, maar hij voldeed aan den wensch van zijn gevangene en gaf zijn volk het bevel op nog verderen afstand te volgen. Daarna sprak hij goedhartig tot de Villiers: »Ziet u, ons beiden doet gij dienst met uw goeden wil, want tegen iemand als u zou ik ongaarne geweld gebruiken en toch heb ik bevel u naar Vlissingen te voeren, goedschiks of kwaadschiks, en in het laatste geval zou ik het niet in mijne macht hebben u te ontzien, want… mijn volk is ruw en…"

»Ik zal hun de aanleiding sparen om hun ruwen aard te toonen, wees er zeker van, en u van den lastigen plicht ontheffen om tegen een fatsoenlijk man geweld te gebruiken."

»Ik blijf er u dankbaar voor; wat dunkt u zoo wij wat aanstapten?"

»Volgaarne." En de Villiers ging naast Sir Henry voort met een vasten en vluggen tred, terwijl de soldaten op behoorlijken afstand volgden. Een tijdlang zwegen beiden, totdat de Villiers begon met te zeggen: »Het is toch vreemd, dat lord Russell, zoo hij mij spreken wil, er niet op gedacht heeft voeglijk er maatregel te nemen dan deze…"

»Welke andere had Mylord kunnen uitdenken?"

»Maar mij dunkt, dat lag voor de hand. Een schriftelijk opontbod, zelfs eene mondelinge boodschap ware veel hoffelijker geweest, en evenzeer voldoende."

»Hoe, mijnheer? gij zoudt dus op Mylords verlangen naar Vlissingen gekomen zijn uit vrijen wil?"

»Mits in beleefden vorm derwaarts opgeroepen. Waarom niet?"

»Mylord scheen van een gansch ander gevoelen. Zonder dat had hij niet dagen aaneen op u laten passen, en u voortdurend doen bespieden."